XVII. D IJ K A G E. 248 Motoen 202 gr. (1866-67). NobelsPngelsche 6 8 gr. (1396-97). n Gentsche 7 13 4 gr. (1403-4). Vlaamsche 10 7 gr. liclit- of 7 4 gr. goed geld (1435) Pieter =402 gr. licht geld (1435). Plak [Lelie) 2 gr. licht of 11 gr. goed geld (1435). Pond. (Zie bij mijten). Rijder 5 0 8 gr. licht geld (1435). Saluut 4 fi (1437) 4 fi 1 gr. (1441). SchildDordtsch =304 gr. (1403-4). Oud 3 - 4 - (1380-81, 1403-4). Philips 3 - 1 - (1429). Wïlhebm 3 - 2 - goed geld (1435). Tuerlsvijf en vijftig tuerls13 gr. 8 mijten (1449). Dus was deze munt ongeveer 2)- penning waard. Het onderhoud der dijken op verschillende punten van Walcheren eischte menigmaal de zorg van het stadsbestuur; van daar, dat men er nu en dan in de rekeningen mel ding van gemaakt vindt. Bij gelegenheid, dat het stadsbestuur uit de abdij kwam 1373-74 //en plackden (plakkaten) vurlasdat men te Dicx- hoke int ghemeene werke wesen soudewerd er op het stad huis eene verteering gemaakt. 's Donderdagsavond na nieuwendag (nieuwejaarsdag) 1375, kwam Hendrik Jansz. van den Waee.de berichten, dat die van Biggekerke en de andere watering niet te Dijkshoek komen wilden. Er moest ook aan andere dijken gewerkt worden. Zoo gingen er den 18 Mei 1376 van stadswege met mijnheer den Abt. op den Zuiddijkom te besienewat men best dicken eïï lioghen sal." Den 4 Mei van gezegd jaar, waren er uit-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1881 | | pagina 82