191
ten met zekerheid on in het water èn in tien grond èn in
het blood van koortslijder* de oorzaak gevonden te hebben in
een microscopisch schimmel tjodat zij dan ook bacillus mala-
riae hebben genoemd. Prof. Tommasi-Cbudku beweert, dat
men die bacilli ultoo» vindt in het bloed gedurende het tijd
perk der koude.
Zal die ontdekkingdoor latere in Frankrijk versterkthaar
waarde blijven behouden en zullen de latere Zeeuwenmis
schien wel door dc vuren van Jason a Pratishun bacteriën
trachten te dooden? dc tijd zal beslissen.
De afkeer der Zeeuwen om voor de waarheid uil te komen
is dc oorzaakwaarom meu geene ernstige pogingen heeft aan
gewend om in den grond of in het water naar eene oplossing
van het raadsel te zoeken. Alleen dc atmospherische invloe
den warmteregendroogte heeft men bestudeerd.
Statistische nasporingen van de laatste jaren beoogen althans
een ander doel.
Gelukkig dat de gravin van Chinchon in ltt.38, door een
middel, dat dc brave Indianen hia noemden, van haar hardnek
kige koorts genas, waartegen de geleerde doctoren uit Kuropu
geen geneesmiddel kenden, en gelukkig, dat dc Jesuiten het
naar Kuropa bragten, maar ongelukkig, dat men het Jcsui-
ten-pocdcr noemde, want «lat was al genoeg om cr b.\ het
orthodoxe Albion van af te schrikken. Twee eeuwen lang in-
tusschcu redde de hoorn uit Peru het leven der mcnschen
tot dc nooit genoeg te waarderen ontdekking van Pf.llf.tiku
in 1820—21 de quinine aan de lijdende mcnschheid schonk.
Onbekende veranderingen in de cosmischc invloeden, die op
den menseh werken hygiënische maatregelen waarschijnlijk
hebben Zeelands gezondheidstoestand onbegrijpelijk veel ver
beterd maar der quinine komt vooral de eer toe de sterfte
aan de vroeger zoo geduchte koortsen te hebben verminderd,
en de gestellen gezonder, minder vatbaar te hebben gemaakt
voor liet onbekende koortsgif de malaria.
Archief V» dl.. J* »t. 38