112 grond van lietgeen ik medegedeeld heb in mijne Geschie denis en plaatsbeschrijving van Arnemuidenblz. 3. In 1479 had iets dergelijks plaats, want de rekening van dat jaar houdt indat //B. S. R. kwartiermeesters en meer anderen, tot diverse stonden gedeputeerd en geordonneerd waren geweest te Arnemuiden, om aldaar de hofsteden en huizen te ordonneeren en te stellennaar inhoud der ordon nantie, die daarop gemaakt was en ook om die kapelle boven op 't voors dorp en der stede dijk af te leggen en anders." De kapel boven op het dorp en der stede dijk werd dus toen afgebroken (afgelegd)en wanneer men nu in aanmer king neemt, dat de kapel in nieuw Arnemuiden steeds aan geduid werd als beneden den dijk (zie b v. Inventaris no. 1998) dan ligt het voor de hand, dat met die, boven op het dorp en den dijk, bedoeld werd de kapel in oud Arnemuiden. Zij was misschien voor den dienst onbruikbaar geworden en ook op haar betrekkelijk een andere post in de rekening van gezegd jaar, waaruit blijkt, dat iemand met een besloten brief aan den baljuw van Yeere gezonden was, //roerende van de kapelle-goederendie onder het stadhuis gebracht waren bij inventaris waarom die goederen weggevoerd waren en wel naar Yeere, blijkt nochthans niet. Nog eenmaal vond ik van de kapel melding gemaakt en wel in de rekening van 1494, waar men leestdat er van stadswege naar Arnemuiden gingen wegens het geschil tussehen de //capellemeesters aldaar en Gosijn in Sint Jorister cause van der capellemeesters timme- rage ter capelle behoef, achter des voorz. Gosijns huis." Wat mij verder omtrent Arnemuiden voorkwam, vind hier eene plaats. Accijnsen. Yan den //overslage van den biere op 't oost einde en beneden de kapel tot 6 gr. van elk vat" werd over 2/rnd ontvangen 6. (1493.) Baljuwen. Als zoodanig worden vermeld: Jan Bierloos (1478), Olard Splinter (1489), Jan Hendriksz. (1492). Besmettelijke ziekten. In 1484 werd iemand naar Arne-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1888 | | pagina 116