188
zusters dochter Anna van Rennenberg gehuwd met Philips
van Lalaing, graaf van Hoogstraten en heer van Ville.
Zooals blijkt uit een octrooi van Karel V d.d. 18 Juli 1553
zouden deze het leen weer bezitten volgens de bepalingen
vervat in de keure van Zeeland.
Zoo kwam de heerlijkheid Borsele aan de familie van
Lalaing. Philips liet twee zonen na, Antonie van La
laing, graaf van Hoogstraten, en George van Lalaing,
die later graaf werd van Rennenberg en onder dezen naam
door zijn aan de zaak der vrijheid gepleegd verraad in de
geschiedenis van ons land berucht is geworden.
De jongste dier zonen, Rennenberg, bekommerde zich
niet om het hem toekomende deel der heerlijkheid, die,
sedert 1532 reeds onder 't water bedolven, hem misschien
weinig begeerlijk zal hebben toegeschenenalthans de ver
heffing der geheele heerlijkheid had den 6 Januari 1555
plaats op naam van Hoogstraten.
Men weet, dat Hoogstraten, evenals Oranje, een ver
dediger was van de rechten van het Nederlandsche volk tegen
Spaansclie heerschzucht. Hij was tegenwoordig bij den tocht
van prins Willem over de Maas in 1568 en stierf korten
tijd daarna, drie zonen nalatende. Even voor zijn dood was
dus de tachtigjarige oorlog uitgebroken. Het is zeer verklaar
baar dat er te midden van de groote gebeurtenissendie zich
nu begonnen te ontwikkelen en aller hoofd en hart vulden
van het verheffen der heerlijkheid Borsele vooreerst geen
sprake kon zijn, temeer daar de zonen van Antonie van
Lalaing, Willem, graaf van Hoogstraten en Charles, heer
van Hacldcourtde zaak aanhingen van den koning van Spanje,
terwijl Zeeland met Holland de ziel werd van den opstand.
Ook de tweede der drie broeders, Philips PIerman domheer
en kanunnik geworden te Luik, waarschijnlijk evenmin kun
nende sympathiseeren met het kettersche en oproerige Zeeland
scheen zich niet om zijne erfenis te bekommeren.
We behoeven de gebeurtenissen hier niet te verhalen, die