201 De uitgevers verknopen den gronddoch behouden aan zich het recht van alle hoogemiddele en lage jurisdictiebene vens alle verdere //hoocheden ende praeëminentien," die tot de heerlijkheid behooren. De koopers zijn tiendplichtig. Ze zijn gehouden eene voor de suatie voldoende zeesluis te maken, ter plaatse aan te wijzen door het college van dijkgraaf en gezworens. De polders de Langemare, Zak en Blazekop, Coudorpsch ambachtde ZakBlazekop en CalangeOvezandsch ambacht benevens Hollestelle-St. Antonie- en Hollepolder zullen sueeren door den polder van Borselemits aan dezen beta lende als van ouds 1). In geval van inundatie zullen de ingelanden het recht tot herdijking behouden voor den tijd van drie jarenmits van hun voornemen, om daarvan gebruik te maken, binnen een jaar kennis gevende aan dijkgraaf en gezworens van Borsele of aan burgemeester en schepenen van Goes. Het beheer van den polder zal worden opgedragen aan een' dijkgraaf, vijf gezworenseen' secretaris en een' penning meester. Gedurende de eerste jaren na de beversching had men met veel tegenspoed te kampen. De opbrengst der droog gemaakte gronden was minder groot dan men verwacht had. De groote Bij appointement van den 10 Juli 1581, gesloten tusschen den heer van Hoogstraten en dijkgraaf en gezworens van Borsele ter eene en de heeren van 's Heer Arendskerke, Heinkenszand en Ovezand als geërfden in den St. Antouie- polder ter andere zijde, was de suatie geregeld van de St. Antonie- en achter liggende poldersbenevens die van den ZakBlazekop en Hollestelle. Het suatiegeld, te betalen aan den polder van Borsele, zou bedragen twee ,;ïngelssen „Vlaems" (d. i. 16 mijten) per gemet, welk geld, blijkens de bestaande pol derrekeningen, ook steeds is opgebracht. We voegen hier nog bij, dat na de bedijking van den Koningspolder ook deze zijn water deed afloopen door de sluis van Borsele tegen betaling van twee grooten Vlaamsch per gemet, 't geen mede blijkt uit de genoemde polder- rekeniugeu.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1888 | | pagina 205