277
Deze nieuwe amerij was gebouwd in de Geerewaar voor
2 10 een huisje met vrije erve gekocht was.
Ravestem. Een achterhuisken in 'thof van Ravestein, 1516.
Was eene herberg, 1526.
Kroon. In 1516 werd aan broeder Hubrecht van der Mol-
le, procurator van de Karthuizers buiten Brugge, betaald //over
koop van een huis, staande in den Langedelft, genaamd de
kroonde som van 82, waarvoor gegeven is een rentebrief
van 2:10 's jaars te lossen den penning 16 en de rest in
gereede penningenbeloopende 42." In de rekening van
1518 leest men Jacotijn Anglaert" is jaarlijks schuldig
ter cause van den huize genaamd de croone, de som van 5 10
's jaars, te lossen den penning 16, daarvan de voorz. Jaco
tijn t'achteren is van twee jaren, te weten van de jarenver
schenen bamisse 1517 en 1518, de som van 11."
Huis van den Rentmeester van Zeeland bewester Schelde. In
de rekening van 1516 leest men Betaald en geleverd, bij or
donnantie van de wet, mer Andries Andries ridder, heer
van Wackeneop rekening en mindering van den koop van
den huize en de hofstedevan achter tot vorenmet zijne plaats
boomgaard en toebehoorenstaande in den Langedelftop den
hoek van de Sint Jansstraat, mitsgaders het timmerhout, bal
ken, ribben, wagenschot en ander gleselscappeom 'tzelve huis
te timmeren daartoe wezende, 't welk de stad gekócht heeft te
gen de wed. en erfgenamen van Antheunis de Baneston
zuiver en zonder eenigen last, om de som van 1600 rijngul
dens, facit in Ys de som van 266 13 4, waarop deze
kwartiermeesters betaald hebben in handen van voorn. Andries
Andries 16613 4." De rentmeester Adolf IIerdinck
kreeg in 1521 19 14 8 voor leidak //op zijn huis staen op
thouxkin van sint jans strate en oick op tzomer huijs daer achter
an staende," en ten koste van de stad werden er destijds voor
9 glazen in gemaakt. Het vermelde in Zei. Illustr. I 258
blijkt dus niet juist te zijn. Genoemde de Baneston was klerk
van den Rentmeester. Noch van de betaling van de rest