289
a. T O ft E N.
In 1506 werd, althans zeker met voorbereidende werkzaam
heden een aanvang gemaakt (Aant. 4), want men leest in de
rekening van 1508, dat Anthonis Keldeiuian 12 kreeg
voor zijn moeite en arbeid die hij gehad en gedaan heeft
zoo in 't maken van den patroon van den nieuwen toren van
het stadhuis als diverse barclren (borden) die hij tot behoef
van denzelven gesneden heeft en van de diligentie daarin ge
daan binnen deze twee jaren 1506 en 1507."
In 1507 werd Hendrik van der Eijcke der stede met
selaar naar Brussel gezonden om arduin en anderen witten
steen te koopendienen toten (tot den) thorë diemë make
sal aend stadhuijs," en ook naar Mechelen, om Mr. Anthonis
Kelderman omdat hij komen zou visiteeren 't werk van
den nieuwen toren." In hetzelfde jaar werd Jan Maartensz
Plattebeurze betaald voor 58 wenteltrappen geoirboert andë
nyeuwë torren vand stadhuijs," a 3 2 gr. het stuk, ter
wijl er arduinsteen gekocht werd voor de vier blinde veijn-
sten andë nyeuwë torë."
In 1508 werd de stadsmetselaar andermaal naar Mechelen
gezonden bij Mr. Anthonis Kelderman om te solliciteeren
en benaarstigen den voortgang van den werke aan den nieuwen
toren van 't stadhuis en te helpen bereiden de berden (borden)
van denzelven werke."
Jonge Mr. Anthonis Kelderman leverde in 1508 arduin
en in 1509 twaalf garyolen (gargouilles waterspuwers)
oft naren draechs-hoefde" voor 8.
In 1510 leverde jonge Mr. Matthews Kelderman 12 zoo
danige gargoelen anden selven thooren daer twater vand
voyen wtvalt" voor 7 10.
In hetzelfde jaar werd aan Hendrik van Pee te Brussel
7 16 8 betaald voor zeeker loveren, carresten ende an
dere borduer" en aan Klaas van Antwerpen 25 [1 10 gr.
voor 31 voeten loveren en lijsten n ande stadhuys."
Archief Vle. dl,, 3de st. 22