308 tige ziekte," volgens de rekening van 1518, eene belooning van 3 over een lialf jaaren ook volgens die van het volgende jaarterwijl Meester Jeronimus de barbiervoor een geheel jaar eene wedde kreeg van 12 blijkens eerst genoemde rekening. Gezegde Jeronimus kreeg, 1519, zijne wedde nog over tien maanden. Bij den betrekkelijken post is vermeldEn deze dienst is denzelven opgezeid." Mr. Thomas had nog een half jaar wedde en ook hem werd de dienst opgezegd, //Mr. Jan Beuijs van Coelen" was, 1529, stadschirurgijn op eene jaarwedde van 12 en kreeg voor eene maand eene buitengewone belooning van 20 //overmits de peste," hem verschenen den laatsten Juni 1530. (Boxhorn II425). Pieter Jansz., de stadschirurgijn, kreeg voor extra-gage ffgedueren den loop van de peste," van 22 Maart tot 22 Juni 1531 een pond Vlaamsch per maand, en genoot zooda nige toelage tot 22 December 1532. Hij had, onder den naam van Pieter van Belsen als gewone wedde 5 per jaar, 1532. Mr. Pieter Jansz., gezworen stads chirurgijn, kreeg 30 tot den coop van den materiaelen dienen tot den armen dijckers die int gasthuijs comen logieren1533. De patel en de gemeene conventualen van de cellebroers kregen dat jaar 4 16 //tot lichtenisse vanden coost vandie vremde broeders, die zijluiden van buijten ontbooden hebben ome hunluijden bijtestaene tot behulp van diegenen die besmet waren metter contagieuse ziecte vand peste een tonne goutsbier die wecke ende dat voor den tijt van 32 wecken." Benedictus Gillisz was stads chirurgijn, 1538, en had 20 13 voor tabberdlaken en evenveel voor jaarwedde 1539. In 1545 genoot hij voor buitengewone diensten gedurende drie maanden 30 13, waarom blijkt nietevenmin als van eene betaling van 3 voor exordonnarius dienst ende arbeijt" door hem gedaan //onder die gemeente vand stadt1544. Schaf er. Voor het eerst in de rekening van 1514 //der

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1888 | | pagina 312