410 fi gr., voor zes ragementë dvoën xx gr. voer twee sluijt- steenë dvoën x fï gr. ende voer claersteen en tarras dvoën xx C gr." De gewelfde kamertjes, waarvan destijds sprake is, vindt men, dunkt mij thans nog terug in de gewelfde ruimte tusschen de vestibule en de achtergaanderij en in het vroegere secreetkantoor thans bureau van den burgerlijken stand. De //heerenkamer" was de zaal, waar de arrondissements-recht- bank indertijd hare openbare zittingen hield en de //kwartier meesterskamer" de tegenwoordige stedelijke griffie. Blijkens de stadsrekening van 1581/32 was eerstgemelde althans beneden en laatstgenoemde boven, Bladz. 293 (5). Dit uurwerk kwam blijkbaar in de plaats van dat op den Westmonstertorenwant van dit laatste leest men in de rekening van 1529, dat het door Jan den horlo gemaker werd ontschacht en weder geschacht en op de zaal op het stadhuis gesteld." Bladz. 296 (6) Hieronder zal wel moeten verstaan worden de in 1492 en 1493 gebouwde en nog bestaande groote boven- voorzaalwaarboven men ook nu nog 24 dakvensters vindt. Zie Archief VIstuk Ibladz 67. Bladz 296 (7). Aan deze vaan heeft volgens mr. J. Vek- eleïje van Gitteks de keizerlijke kroon boven het stadswapen haren oorsprong te danken. In zijn opstelIets aangaande het wapende keizerlijke kroon boven hetzelve en de zegels der stad Middelburg Archief deel Istuk 1) voert hij als bewijs daarvoor aan: //In de rekening van 1515 wordt in uitgaaf gebragt: een Vane met een Keizerskroon voor de Schouwe en zegt dat bij die gelegenheid" (de inhuldiging van Kakel V) zal naar alle schijn die Vane gebruikt en vervolgens voor een schoorsteen op het stadhuis geplaatst zijn." Hij vergist zich echter zeer en heeft blijkbaar den post in de stadsrekening niet gelezen. Deze luidt: //Bet1 Mathijs

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1888 | | pagina 414