4-30
verricht, door ook voor ruimeren kring te doen uitkomen de
groote beteekenis onzer bergen met het oog op het ontwoe
keren dezer landen aan de zee.
Yreemd is het voorzeker, dat "Verheije van Citters, die
zoo zeer zich bemoeid heeft met Walcherens ouden toestand,
enzooals bekend iseene kaart heeft ontworpen van oud
Zeelandzoo als hij zich dat voorsteldezoo luttel werks
van de bergjes heeft gemaakt; hij teekent er een b. v. op
Soetendale, dat niet bestaan heeft, zoo als te zien is op de
originale kaart in de verzameling van het Zeeuwsch genoot
schap en de verkleindeArchief Zeeuwsch genootschapdeel II.
Even bevreemdend is hetdat Dresseliiuis in zijn beroemd
werk De provincie Zeeland in haar aloude gesteldheid ze niet
heeft opgespoord en ze niet heeft geplaatst op zijn kaart en
dat men op de kaart van Retjvens, later voortgezet door de
heeren C. Leemans en L. J. E. Janssen, die de Romeinsche,
Germaansche en Gallische oudheden aangeeft, welke in Ne
derland zijn gevondenslechts vijf bergjes voor Walcheren
heeft afgebeeld.
Het achter deze bijdrage geplaatste kaartje is dat van de
Haïtinga's met eenige wijzigingen. Ik lieh er bijna alleen
de oude wegen op afgebeeldomdat die in nauwer betrekking
staan tot de heuvelendan de nieuwere. Ik heb er de tweede
en derde haven van Middelburg niet bijgeplaatst en in de
watergangen een enkelen nieuwen tak opgenomen, omdat die
vroeger toch als sprink zal hebben bestaan. De voetpaden
die IIattinga niet afbeeldt, zijn ontleend aan latere kaarten.
De grenzen van de heerlijkheden zijn aangegeven doch die
van de gemeenten zijn weggelaten de aanduiding van de
laagste weilanden zou kunnen zijn ontleend aan de kaart van
Lambuechïsen en Pické doch ik heb deze niet afgeteekend
omdat ik de aanduiding voor onzeker houd.
Al heeft nu mijn onderzoek niet geleid tot zekere besluiten
ik heb echter gemeend mij niet te mogen bepalen tot de een
voudige opsomming der bergjes, maar het een en ander bijeen