452
in mijn bezit is maar niets opheldert Men heeft in dien berg
ook nog op eene plaats, zekere //witte vette stof" gevonden,
die ongelukkig noch scheikundig noch op andere wijze is op
gehelderd. Reuvens spreekt ook nog op zijne profielteekening
van eene laag gebrande steenendie scheen door te loopen.
Uit alles blijkt, dat de drie geleerden te voren besloten hadden
in den berg de bewijzen voor een ofi'erberg te zien.
Er is, ten gevolge van de nabijheid van het dorp een voet
pad, maar de watergang is ver af. Er liep een breede sloot om
den berg.
6. heerlijkheid serooskerke.
Gemeente Serooskerke.
Noordelijker lag een, volgens Macaré in 1813 weggegraven
bergvrij ver van het dorphij lag op de plaatsdie Hattinga
aangeeft, namelijk aan den aardenweg, die van den molen noord
waarts oploopt Er is geene hofstede, geen voetpad, wel een
paar huisjes en Hattinga teekent in de nabijheid eene sprink.
Men kon mij de juiste plaats niet meer toonen; de een
meendedat hij noordelijk van een klein bedrijfje lageen
ander zocht hem meer zuidwaarts vlak aan den weg. Dit
laatste kwam mij het waarschijnlijkst vooromdat Hattinga
hem ook tusschen twee huisjes afbeeldt omdat men in dat
stuk land baksteenen heeft gevonden, zoo als men meer vindt
aan den voet der bergjes omdat de met een sloot omgeven
grond daar iets liooger ligt en omdat juist dat terrein zich
onderscheidt door eene veel diepere laag van vruchtbare aarde.
Niemand wist mij iets er van te verhalenalleen heb ik
vernomen, dat de twee of drie huisjes, die daar staan en vooral
het kleine hofje, waaraan de berg grensde, bij de dorpelingen
nog altoos bekend zijn als //het Bergje".
Macaré heeft intusschen aangeteekenddat men ook in dien
berg, bij het afgraven eenige bruine, aan eene zijde platge-
slepeue paardentibiasd. i. oude schaatsen, heeft gevonden.