bakkerij, daar men oudtijds in loco zelf steenen maakte, wanneer men in de buurt wilde bouwen; eigenlijk doet men dat in Gadsant nog wel. Groot en Klein Werendijke hebben ofschoon het laatste veel dichter ligt, niets met den berg ge meen; doch opmerkelijk is het, dat het eerste de eenige plaats in Walcheren is, waar vele reigers en vroeger ook ooievaars broedden: een bewijs, dat er lang moerassen zijn geweest of zeewaterplassen. Bij Werendijke lag eens het klooster Porta Goeli. De berg ligt aan den grooten wegen aan een viersprong die naar Zoutelande, Janskerke en Groot Werendijke geleidt wederom blijkt dus de plaats van den berg eene gewichtige te zijn geweest. Noch Koppejan, noch de 80-jarige Louwerse hebben ooit iets gevonden. In den berg zelve vond men geene steenen en zeker maar weinige beenderen. Men heeft koperen ket- tingjes gevonden, maar niet bewaard. Ik zag veel klei en weinige schelpjes; de grond was in den beginne slecht doch werd later goed. De grond wordt door armen nog wel gevraagd om ovens te bouwen en andere steenen aaneen te cementen, dit heeft men intussehen reeds voor lang gedaan. De uitgang is onzeker. Gemeente Zoutelande. Het vorige bergje, dat men doorgaans den berg van Weren dijke noemt, lag juist aan de westelijke grens van de heer lijkheid Zoutelande; in vroegeren tijd lag er ten noord-westen zeer merkwaardig alweder op eene grens, te weten op die, welke haar scheidde van Westkapelle, een berg die nog wel bestaat, maar, zonder geslecht te zijn, onzichtbaar is geworden Hij was in 1834 reeds gedeeltelijk overstoven door het duin zand, doch men gaf hem nog eene hoogte van 6 M. Ik 470 20. HEERLIJKHEID ZOUTELANDE.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1888 | | pagina 474