477 Hij is met gras beplant en de afgraving leverde niets op. De inbond was zavel; tuinaarde vindt men slechts aan de op pervlakte. De grondsoort is grijs van kleur, met zwarte stukjes veen of vermolmd hout er tussclien, misschien van vroegere wortels. Zeeschelpen Cardiumszag ik vele soms enkel somtijds nog gesloten en een enkele maal vele van de laatste bijeenzooals in nooit ontgraven gronden Steenen of been deren zag ik niet, en men kon zich niet herinneren asch te hebben gezien. Geene sporen van keukenafval. De uitgang was vermoedelijk oost. De glooiing van het terrein rondom den berg, de sloot, de afgezonderde weide, de vier wegen in de buurt wijzen alle op hoogen ouderdom en op uitgezochte ligging. Van een put bovenop of van een walletje er rondom zijn hierevenmin als elders sporen ontdekt. Er staat een boom op. 26. heerlijkheid koudekerk®. Gemeente Koudekerke. De Giperhillof hoe men dezen ook spellen mogeligt achter de huizen aan de westzijde en vlak over de hoofddeur der kerkde uitgangthans zuidwas denkelijk vroeger oost. Het overschot van den berg is nog zeer goed te zien doch is van geringe beteekenis; ofschoon hij bijna geheel is weggegravenziet men evenwel nog de slootdie hem aan de westzijde omgaf. De tuingrond, waarin hij ligt, is eenigszins laag, zoodat men een weinig stijgtwanneer men van de voorzijde naar het dorp gaat. In 1.809 kampeerden in dit dorp de Engelsche krijgslieden dit bergje was hunne lustplaats, hoe onbeduidend ook; hier door heeft het overblijvende veel geleden, doch tot troost heeft men later nog al eens sixpences en shillings gevonden. Behalve een voetpaddat loopt langs den berg van Verhage

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1888 | | pagina 481