486 dorp bezeten heeft. Zij is voor ons in drie opzichten gewichtig vooreerstomdat wij weder Poppe ontmoetenvolgens het wapen een Ylaming (v. Citters). In de buurt lag het reeds vermelde Seisambacht, dat ook Poppenroede genaamd werd, en weldra zullen wij ziendat ook zeer nabij lag het kasteel Popkensburg. Het is te betreuren, dat wij niets van dien man weten te verhalen. In de tweede plaats moet hier een dam of een dijk hebben gelegen. Men heeft mij wel eens gezegddat de weg van Zoutelande af tot Poppendamme hoog is; bij het laatste is dit buiten bedenkinghier moet dus eene oude bedijking zijn geweest. Eindelijk moet ik opmerkendat het hof Oostpoppendamine wel vrij zeker een berg is geweest. Oostpoppendamme is de door den landman Huisman bewoonde hofstede, die in vroegeren tijd een aanzienlijk huis was. Mis schien behoorde dit huis later tot de heerlijkheid Buttingedoch dit doet er weinig toe; in allen gevalle lag het huis en dus ook de berg op de grens der heerlijkheid. De wegen ver raden hier weder hun ouderdom door de vele kronkelingen. Grijpskerke heeft een berg; ik geloof niet, dat de kerk op een berg is gebouwddoch de kom der gemeente ligt toch hoog tusschen lage landen. De naam zal wel van een heerschap afstammen, althans het dorp Grijpskerk in Groningen draagt zijn naam naar Nicolaas Gbijp of een ouder lid dier famielje. Tusschen Grijpskerke en Aagtekerke noemt men de streek zooals ik reeds aangaf //de Pekeling"er ligt eene lange strook laag weiland en de naam staat wellicht hiermede in verband, doch de wateren zijn hierik teekende dat reeds aanniet brak. De Noordweg, verlengsel der Middelburgsche Noordstraat, loopt door de aloude heerlijkheden Brigdamme en St Laurens en verder naar Serooskerke tot Domburg. Brigdamme was reeds in 1196 bekend Zelandia illustratu blz. 657 en 666). Het verloor zijne kerk in 1562toen een 27-jarige West-Souburgenaar haar in brand stak, uit wraak tegen zijn baas die, meen ik, ouderling was en aan hem een ontstolen hemd had teruggevraagd. Daar deze man Keyseb

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1888 | | pagina 490