547
hetgeen zelden plaats hadschenen zij met den grond te gelijk
te zijn opgevoerd. Somtijds, ofschoon zeer zeldzaam, vond
men geheele kruikjes. Zoo in den Pruitbergen dit berust
slechts op overlevering, twee ledige Duitsche potjes; in den
Luycksberg een stuk van eene bruine kruik, met goed glazuur
en aan eene zijde geel van kleur; te Noordwelle (eiland
Schouwen) een van buiten en van binnen goed verglaasd potje
en eveneens buiten Walcheren, bij Waarde, op eene plaats,
die nog de Kasteelberg heet en waar in de 13de eeuw een
slot moet hebben gestaan, eene grauwe, onverglaasde 29^c. M.
hooge kan met een scheef oor. Ook meende de afgraver van
no. 45 stukken van Jacoba-kannetjes opgespit te hebben. Men
ziet dus, Walcheren heeft bijna niets opgeleverd; de weinige
stukkendie men vondkomen overeen met dergelijke uit den
Prankisclien tijd. Ik bezit eenige halzen of tuiten diep in
bergen gevondenhet zijnuit den vorm op te makenzeker
zeer oude en primitieve voortbrengsels van pottebakkers kunst.
Enkele diep gevonden scherven met sporen van glazuur waren
gladandere aan den binnenkant geribdzij komen overeen
met de geheele potten, afgebeeld door A. Steatingh en dr.
Pleyte. "Van den op blz. 501 vermelden mortier heb ik
eene afbeelding laten maken in de natuurlijke grootte.
In de bergen van PoppekinderendorpButtinge, Weren-
dijke, Koudekerke zijn volstrekt geene gebakken steenen ge
vonden daarentegen in den berg achter Moesbosch stukken
van blauwe vloersteenen Uitzonderingen zijn het, wanneer
men gebakken steenen in het binnenste vond, en aan de
oppervlakte hebben zij geene beteekenis.
Meer dan eens is er een vloer gevonden, onder den top,
van Zeeuwsche moppent. w. in Poppekinderendorp en het
hooge Duivekot; buiten Walcheren, te Noordwelle, zelfs een
van straatsteen enik behoef niet te zeggen, dat dit van late-
ren tijd is en dat men die steenen eenvoudig heeft laten liggen.
Steenen en scherven aanmaar niet in den bodembetee
ken en natuurlijk niets.