574 waren. Er zijn ook nog al tamelijk vele gouden munten gevonden maar gouden sieraden zoo goed als geeneIn Walcheren zelf volstrekt nietsmisschien hebben de Noor mannen alles medegenomenmaar zou de grond niet eens een verborgen schat hebben opgeleverdindien er werkelijk zooveel te rooven ware geweest De vele geldstukken te Dom burg gevonden zijn, behalve een paar Arabische uit de negende eeuwMerovingische of Garolingische munten en Angelsaksische uit het eerste tijdperk der Heptarchie, doch vermits deze laat ste geen jaartal dragen en daardoor haar chronologische rang schikking nog zeer gebrekkig is, leeren zij ons niet veel. De numismatici stellen het begin dier munten op het laatst der 6e eeuw of, nauwkeuriger uitgedrukthaar tijdruimte wordt gesteld te loopen van 550 tot 770. Dat er zoo veel geld in de kisten is medegenomen, bewijst wel, dat de be- gravenen aan de toenmalige wereldgebeurtenissen hadden deel genomen, maar er vloeit, dunkt mij, nog niet uit voort, dat er een levendig handelsverkeer bestond tussclien Walcheren en Engeland, omdat de Eriezen zeiven ook die, volgens den beer Dikks in Engeland geslagene sceattas of munten gebruikten. Doch hoe belangrijk die te Domburg reeds gevonden of misschien later nog te vinden munten ook mogen zijn tot opheldering van de geschiedenis van Walcherenvoor die van den bergbouw hebben zij geene beteekenisomdat er geen enkel muntstuk in de bergen is gevonden. Ook dit is be grijpelijk vermits zijdie de bergen maaktenonderhoorige landlieden en arbeiders moeten geweest zijndie zeker geen geld bij zich droegen. In allen gevalle was Zeeland een deel van Eriesland ge worden en wij kunnen dit de tweede cultuur-periode noemen, wanneer men voor de eerste stelt den Nehalenniatijd. Onder het protectoraat van zulke machtige heerschers moet in l) Over Friesche plaatsnamen en zoo meer in Zeeland, zie men Dressel- huis Aloude gesteldheidblz. 56.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1888 | | pagina 578