77 het privilege van de weezen te schrijven op een bord, dat op verzoek van de weesmeesters in het stadhuis gehangen werd. Zie Inventaris 110. 463. Br waren drie weesmeesters, bijgestaan door een klerk, die ieder 1 per jaar voor tabberd- laken kregen. RAADSLIEDEN. (RADEN). De twaalf raadslieden kregen ieder 1 per jaar, 1479. In 1487 werd iemand naar Bergen op Zoom, Antwerpen, Mechelen en Leuven gezonden aangaande de zaak van het maken der nieuwe ordonnantie op het stadhuis, opdat een iegelijk B S. en ander officier komen zou dagelijks op het stadhuis, om een iegelijk recht, wet en justitie te doen en te vergaderen 't eenen betamelijken ure." In de rekening van het volgende jaar komt een kappittel voor wegens //betalingen gedaan over de distributiën gedaan op de vier rechtdagen (aan) B. S. naar uitwijzen der nieuwe ordonnantie" en een wegens zoodanige distributiën aan de raadsmannen." Deze laatsten ontvingen de distributiën eiken zaterdag. In het daartoe betrekkelijke kapittel zijn ook de priesters begrepen die dagelijks op het stadhuis mis deden. In 1488 maakte Hans de tinnegieter 1590 penningen, die dagelijks in de raadkamer uitgedeeld werden. Omtrent de bezoldiging van het stadsbestuur en de stedelijke beambtenhunne kleeding of vergoeding daarvoor (tabberd- laken) teekende ik het volgende aan uit de rekening van 1493. Het stadsbestuur bestond uit een Baljuu, die per jaar 16 gouden guldens" £3:9:4 voor tabberdlaken kreeg 2 burgemeesters en 11 schepenendie te dier zake ieder 3 ontvingen. De beide stadsklerken kregen ieder 3 12; de 4 kamer boden ieder 18 fi. Jan Vacht, die te Arnemuiden de accijnsen opschreef, kreeg een tabberd van 4 ellen rood en montepilliers grau"

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1888 | | pagina 81