iy-2
om in haar ook Nehalennia te herkennen. Maar wanneer nu
Simrock nog verder gaatdan laat ik dat verdere liever voor
zijne rekening. Of in nehal al beteekent dan ook nel- in
liet Keltisch werkelijk wolk maar of nu dat nakal recht
geeft met Nehalennia ook de Nibelungen in verband te brengen
en het Nevelmannetje, voor wiens vrouw Simrock clan Neha
lennia houdtwat haar dan ook tot vrouw van Wodan zou
makenwant dat Nevelmannetje is niemand anders dan Wodan
zelf; en of hij recht heeft zelfs den naam Geertruid er bij te
halen, omdat Grïdh een Walkyre is, die den speer tot wapen
heeftwaarmee de hel ontsloten kon wordenzoodat zij daarom
zelve ook met de godin Hel voor een gehouden wordt enz. dat
alles zou ik zoo terstond nog niet durven aannemen. Trouwens
die geheele Isis-dienst stel ik mij anders voor, dan Simrock
gedaan heeftof liever want- er blijft behalve de namen nog
zooveel te verklaren over en daarvan zegt hij niets; ik stel
mij de geheele zaak aldus voor:
Toen de Sueven aan de boorden van den Rijn gevestigd
waren, waren de belangen hunner scheepvaart aan de godin
toevertrouwddie Tacitus Nerthus en Isis noemt, welke laatste
naam wel dezelfde zal zijn als die van Vrouw Ise. Oorspron
kelijk godin Aarde, d. i. godin der vruchtdragende, vruchtbare
aarde, was zij hierdoor ook die van het akkerbedrijf en in het
algemeen die van de welvaart des huizes en van den voorspoed
en de kostwinning des gezins. Ik stel mij voor dat men geloofde
dat zij alle jarenalthans herhaaldelijkin een daartoe bestemd
schipden Rijn afzakte om de plaatsen te bezoeken waar zij
heiligdommen, als T ware hare residenties, had. liet eiland
van den oceaan en het afwasschen van haar beeld houd ik
voor opsieringen die men Tacitus ten beste gaf. Want de
reis tot aan de Rijnmondinglaat staan van daar tot Wal
cheren, uit te strekken, schijnt bij die voorstelling wel wat on
gemotiveerd en nog veel meer dat zij midden door vijandelijke,
immers vreemclstammigevolken en dan nog-wel in zulk een
vreemd voertuig naar dat eiland zou vervoerd zijn. Men zou