DE GEOOTE SCHOOL. HOOFDSTUK I. Het Gebouw. He vraag, waar de Groote School in de 14dc, 15de en 16de eeuw gestaan heeftwas tot nu toe niet opgelost. Wel kon mr. M. F. Lantskeer in 1867 op grond zijner nasporingen het vermoeden uitsprekendat de school reeds van de vroegste tijden af op dezelfde plaats als tegenwoordig gestaan heeft; doch eerst in de laatste jaren na het verschijnen van den Inventaris van het Oud Archief der Stad Middelburg door mr. Jli. de Stoppelaar en de excerpten uit de stadsrekeningen van den heer H. M. Kesteloo maar vooral door de gelegenheiddie thans in den Iiaag bestaat om de atlassen van Jacob van De venter in te zien is het mogelijk geworden de kwestie met volledige zekerheid uit te maken. Wij zullen om tot dit doel te geraken beginnen met eenige berichten uit het begin der 16de eeuw. In de stadsrekening van 1503 lezen wij dat er steen werd gekocht om te ge bruiken int metsen van de muer van den gange van de scoele dair men van der Noirtstrate inne gaet." Eene nadere aanwijzing van dezen gang vindt men in het Register op het Secreet Kantoor der Rekenkamer door A. Kluit 1774 fol. 7 (Rentebrieven op Huyzen voor Schepenen van Middelburg n°. 2-) waar wij lezen boven op 't huys in de Noortstraet by Zie Kesteloo Archief van het Zeeuwsch GenootschapVIe. dl., 3ir St.. blz. 331.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1893 | | pagina 211