216 niet te hebben uitbetaald. In de stadsrekeningen althans heb ik den post, die vroeger en later geregeld voorkomtniet gevonden. Tan eenig toezicht op de school of geregeld onderzoek naar de vruchten van liet onderwijs vernemen wij niets. De mees ters werden aangenomen bij contractmeestal voor twee of drie jaren (zie bijlagen E, E en G). Was de tijd om en werd het contract niet hernieuwd, dan boden zich anderen aan om liet regiment der school te aanvaarden. De mannendoorgaans geestelijkendie in die tijden van het geven van onderwijs een beroep maakten, waren zeer ambulant. Zij reisden alleen of met een of meer gezellen het land af, zich telkens voor weinig jaren bindende. Soms echter deed de stedelijke regeering moeite om een geschikt meester te krijgen. Zoo werd in 1432 //vier daghen in J anuary Jan Oem der stede bodeghesent tot Ca- pelle in Zuudbeveland omme mit mr Anthonis scoelmr ende met mr Dieuic zyn gheselle te spreken nopende van den regy- mente van der scole alhier" 1). Beiden werden benoemd. Mr. Diehic bleef slechts een jaar en mr Ant bonis stond alleen. I.n de stadsrekening van 1435 lezen wij dat //17 daghen in Sept. mr Daniel die scoelmr werd belast mit een brieve te draghene an den scoelmr toet Berghen ende en liadde hi aldair gheen goede antwoerde van hem ghecreghen, dat hi voirt trecken soude toet Luevene waert (waarts) om te procureerene een goed en abel rectoer." Er zijn een paar voorbeelden bekenddat er vóór de aanne ming van een rector een examen gehouden werd. In 1408 werd pieteit Scaep stadsmedicijn en mr Aeknoud ontboden voer den noenen ende na den noenen om te examineerne Pieter Paü- wels f. of hij -waardig was schoolmeester te zijn/' Toen men in 1545 in plaats van Simon Jacobz. met zijn opvolger Jacob Thomaessen ging onderhandelen is //mr Talladolyd gheordon- neert om met den pastoor van Westmonstere ende heer Counelis Scheng-e (priester en kanunnik van dezelfde kerk) toe te zien en Stadsrekening 1432.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1893 | | pagina 220