260
ontwikkeling er van in de laatste helft der '15® eeuw, ons
aangewezen.
De naam van het Sloe komt evenwelopmerkelijk genoeg
nergens bij de schrijvers voor, evenmin op eenige kaart, dan
ongeveer en na het midden der 17e eeuw. Althans bij Reijgers-
berg Boxhorn en anderen zochten wij dien te vergeefs.
Ongetwijfeld in het belang van liet vaarwater te Arnemuiden
als in verband met de vaart door de nieuwe Middelburgsche
haven van 1535die aireede dreigde zoowel binnen als buiten
de stad aan te slibbenwas hetdat de regeering van laatst
genoemde stad, iu het jaar 1557 last had gegeven den toestand
door deskundigen te doen opnemenblijkens het volgende stuk
in het stedelijk archief aldaar voorhanden
//Dat naervolghende es de diepte van de nijeuwe haven,
streekende beoisten Arnemuijde, mitsgaders de diepte van
Joncker Fransgat, ondersoeht bij Arent Jansz. Boom, Ja
cob Hendricxz van GritijpsELEitcKAdiiiaan Hendricxz Bos-
selaere Jonghe Jan van Hoogiïe ende Andries Jacobsz.
den Ilïlen September anno I/VII."
//In den eersten so hebben de voors. personen begonnen te die
pen 't einde de nieuwe havenstrekkende naar d1 oude haven naar
d1 Arne en beoisten Arnemuiden tot Jonker Fransgadt, passe
rende in 't voorschreve gadt naar Blankertshoekals hiernaar
volgteerst tegen de keeten staende op "t einde van de nieuwe
havenin "t midden van het kanaal VI vadem stijfwelk kanaal
hem onthoudt en is van diepte als voren tot bijnaer de mond
van der oude haven, maar begint van daar tot tegen de mond
of uitgang van der dokkedaar de schepen langs 't meiland 2)
liggende zijn, te ondiepen op V, IIII, III en II vadem. Ende
ascenderende van daar naar 't dorp van Arnemuiden begint 't
voors. kanaal wederom te diepen, zulks dat men 't zelve be-
de Stoppelaar. Oud Archief van Middelburg n°. 2202.
2) Meiland mailand. Opgewassen grond, schor dat zijn wasdom
heeft. Rijp schor.