333
doelde molen was de zoogenaamde molen van Ravesteijn door
Middelburg in 1508 met een gedeelte der heerlijkheid Nieuwer-
kerke van Boudewijn van Boürgondië gekocht. Hij stond
toen op het eind van den westdijk, doch werd in 1526 afge
broken en in zijne plaats een nieuwe gebouwd op ongeveer 54
roeden afstands zuidwaarts in de richting naar Mortiere. Bij
de verheffing van Arnemuiden tot stad in 1574 schijnt zij zich
het recht op dien molen te hebben toegeëigendwaarover Mid
delburg zich te vergeefs beklaagde. Arnemuiden verkocht den
molen in 1777 aan particulieren, doch behield daarop een wind
en cijnsrecht van f 168 in het jaar, dat nog jaarlijks door
den eigenaar aan de gemeente Arnemuiden betaald wordt.
De dijk tusschen het Molenpoldertje en den polder Walcheren
werd in 1890 geslecht, om op het dijkstaal een e rij nieuwe huizen
te bouwen. Met den vergraven grond werd het dijkje langs
het kanaal verzwaard en verhoogd. Een en ander werd den
18 November 1889 door het gemeentebestuur van Arnemuiden
aanbesteed voor 1164. Het Molenpoldertje heeft eene ka
dastrale grootte van 1,1390 II. A.
Van het Molenpoldertje den dijk in westelijke richting vol
gende naar de Arne komt men weldra op het terreinwaar
vroeger de zoutkeeten stonden. Deze keeten waren gebouwd
langs de buitenkruinlijn van den dijk, die nog de //Keetdijk"
genoemd wordtook stonden eenige op het eilandjedat tus
schen dezen dijk en liet Arnemuidsche gat was gelegen. Moge
lijk werd de zoutziederij aldaar reeds in het begin der 14®
eeuw bedreven. In de rekening van Bewester-Schelde althans
van 1318 vindt men opgeteekend//doe men "t sout verboden
hadde. in Ylaenderen te voerendoe hadde die rentemeister
wtgheleit luden van Arnemudendie dat wachten die gliaf
hi int eerste van 9 daghen 9 sc. gr. Item den selven luden
daerna ghegheven 9 sc. 9 d. gr." Zeker voor 1456 zou er
eene zoutkeet te Arnemuiden bestaan hebben. 1) In 1535
De Stoppei.Aar Inventarisno. 308.