•356 mniden keurde hem de eer waardig hare Latijnsche school te besturen, hem aanbiedende een jaarlijksch salaris van 15 pd. in plaats van de 50 pd., die hij hier had genoten. In 1592 werd hij op zijn verzoek ontslagen en verhuisde naar Goes, waar hij tot 95 rector was -1). Wat van 1 Januari tot 20 Maart het lot van de school is geweestwie rector of waarnemend hoofd geweest isis mij niet gebleken. Eerst tegen het voorjaar? van 1585 gelukte het voor de leiding der school een man te vinden, die bepaald tot den stand der geleerden kan gerekend wordendie niet alleen door geleerdheid, maar ook door paedagogische begaafdheid de school binnen korten tijd tot bloei bracht. Deze man was Mr. JACOBUS GRUTERUS (1585 1607) 2). Hij aanvaardde het rectoraat 20 Maart. Zijn vader was van 1580 af predikant te Zierikzee. Omstreeks 1520 te Zierikzee geboren had deze later, als protestant vervolgd, zijn vaderland verlaten en de wijk genomen naar de Palts. Hij doorreisde Zwitserland, Italië en Duitschlandvan 15601578 was hij professor theologiae te Duisburg. Daarna keerde hij naar zijne vaderstad terug en was een der eerste predikanten 3). Hij had 4 zoonswaarvan Jacobus op één na de oudste was. Allen hebben als geleerden een rol gespeeld. Jacobus werd hier benoemd op dezelfde voorwaarden en met dezelfde verplichtingen als van der Venne. Aanvankelijk bleef alles in de school op den ouden voet. Van door de stad aange- Zie Kesteloo Geschiedenis en plaatsbeschrijving van Arnemuiden blz. 306 en Piccardt Bijzonderheden uit de geschiedenis der stad Goes blz. 173. 2) Bij het beschrijven van dit zoowel voor de geschiedenis der Latijnsche als der Illustre school hoogst belangrijke tijdperk gevoelde ik zeer het gemis van een der voornaamste bronnen. Uit het stedelijk archief is nl. op onver klaarbare wijze verdwenen het 3e register der Notulen ten Rade van 1584-1601 3) Van der Aa Biogr. woorde?iboek en J. W. te Water Kort ver- hael, blz. 225.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1893 | | pagina 368