368
die uitbreiding, die bet, zooals wij later zullen zien, in 1629
geliad beeft. Want dat Murdisson niet alleen in zijne publieke
lessen genoemde vakken behandelde, maar ook de leerlingen
der Latijnsclie school daarin onderwees, blijkt uit de Yita
Walaei bij Bates. Daar lezen wij dat Walaeus, terwijl hij
van 1587 tot 1593 de school bezocht, de elementen der phi
losophic leerde. Dat o. a. ook de natuurkundealthans de
sterrekundeniet ontbrakmaken wij op uit het feitdat in de
Rekening van extraordinaire Imposten van het jaar 1600 fol. 10
sprake is van een //astrolabe" (lees astrolabium) //gebruiet in de
Lat. schole."
Om te wijzen op de vruchten, die het onderwijs afwierp be
hoef ik slechts twee namen te noemendie van Walaeus en
Joos van Laren een der reviseurs of overzieners van de
nieuwe overzetting des bijbels, zooals de la Rue Geletterd
Zeelandblz 256) hem noemt x).
Zooals wij boven zagen deed zich na de reformatie al spoe
dig de behoefte aan toezicht gevoelen. Telkens als het noodig
blijkt, treedt een commissie op door Wet en Raad uit hun
midden gekozen. Toen echter in 1593 op hoop, dat weldra
eene Illustre school zoude opgericht worden naast den rector
een tweede docent werd aangenomen en plannen gemaakt wer
den om de school te verbouwen en uit te breidenging men
er toe over omevenals dit overal elders geschieddeeen col
lege van curatoren op te richten. Voor het eerst wordt van
curatoren gewag gemaakt 21 Augustus 1595 in het aceoord
met Murdisson (Reg. civ. fol. 77). Gruterus accordeert
5 Juni 1593 nog met burgemeester, schepen en secretaris,
doch 2 jaar later richt Murdisson zijn verzoek om verlof voor
eene reis naar Schotland aan curateurs der Latijnsclie schole.
Hel college van curatoren is dus tusschen 1593 en 1595 opgericht2).
Zie ook Vroliki-iert, Ylissingsche kerkhemelblz. 91.
2) In 1591 werd het Schoolhoudersgilde opgericht. Deken en beleders
van die gilde heeten overmannen. De leden van het comité van toezicht