395
30 April 1639. Eene commissie uit W et en Raad zal met
examineeren //de ganselie ordre ende beleyt van de
Bchole soo belangende dïnstructieregieringe ende comporte-
van de meesters ende alles t geene daervan dependeert
eynde alle abuysen geweertde voorz. sclioole sulcx lier-
ende gebracht mag werden in zyn voorige luyster als
gedaen rapport by Bgmrs. Sell, ende R. tot dienste van
gemeente ende vorderinge van de studiën der jonge jeuglit
zal werden te beliooren." Bij gebrek aan andere be
richten is het ons niet mogelijk in bijzonderheden na te gaan
de abuysen waren en wie onder de meesters de schul
dige zijn geweest.
Be commissie onderzocht den toestand zonder zich te haasten
want eerst 9 maanden later was zij klaar met haar rapport.
Wat de inhoud daarvan geweest is, blijkt uit de Notulen ten
niet. Wij vinden daar alleen aangeteekend dat de
commissie na het uitbrengen van haar rapport opnieuw wordt
//op 't voorz. redres ende reformatie soo bv
deportement van de meesters die inliabil of onweerdich tot haren
werden geoordeelt als andersints soodanige ordre te
stellen als hare E.E. ten dienste van de stadt ende onderhou-
dinge van gemeente ende politie bevinden sullen te beliooren.''''
dezelfde vergadering werden tot curatoren benoemd de re-
burgemeester Hendrik Thibault- en de secretarissen
van der Burcht en Adriaan Yeth om het bedoelde
redres en reformatie ten uitvoer te brengen. (Het college van
curatoren telde ten gevolge van deze benoeming zes leden.
Eenige maanden later werd de predikant W. Apollontus be
noemd als 7de lidonder die 7 waren 3 eeclesiastien).
Be bemoeiingen der commissie hadden ten gevolge dat Car-
pentier, Loos veld en Gruterus 2) in den loop van het jaar
Register ten Rade 16 Januari 1640.
2) Isaac Gruterus, geboren te Middelburg 1611, studeert te Leiden
van 1632 tot 1633. Zooals wij zagen en uit de stadsrekeningen blijkt,
Archief VIIe dl., 4dc st. 29
