4.1 -Z
vermaand om de gesette uuren behoorlylt waar te nemen vóór
en na den middag ïnetsgaders die oude gewoonte om de kindren
in en uit de kerke te ley den neerstelyk te observeren.
Dit voorschrift was na de benoeming van den predikant-rector
Hulsius in dien zin hernieuwddat de praeceptoren (uitgezon
derd de rector wegens zijn predikdienst) zullen gehouden blyven
om des sondags *s morgens de kinderen na ouder gewoonte te
geleyden in en uyt de kerke naar de school om rekenschap van
haere aendagt hun af te vorderen 1).
Hoe ongelukkig de verhouding tusschen rector en praecepto
ren was en hoe de verwildering der leerlingen toenamkan blij
ken uit de notulen van curatoren van 9 Januari 1690. "Ter
oorzakezoo lezen wij daar"dat de onderwysinge en goede
discipline dikwils seer beroert worden door het menigvuldig
geraas dat de kindren ontydig op de plaetse gewoon zyn en
geoogluykt worden te verweckenheeft de rector aen haer aghtbb
bekent gemaekt de debvoiren by hem van tyt tot tyt aenge-
wendt om sulx door de praeceptores ij der in den synen gere-
dresseert. te krygen tot dat eyndelyk deswegen eenige onge-
mackelyke ontmoeting was voorgevallen versoekende dat het
haeren aghtbb believen moghte of de zorg des rectors over
d'andere dassen te verligkten met verzagting van den laetsten
art. in Jan. 1687 of te maken dat syne nodige vermaningen
beter in agtingh genomen worden."
Curatoren onderzochten de zaakvermaanden de meesters
tot eendracht en handhaving van orde en tucht "ende dat niet
temin den art. van Jan. 1687 in kraght ende volle vigueur
sal blyven."
Bij zulk een stand van zaken was het eene uitkomstdat
Hulsius in 1691 door zijne benoeming tot prof. theol. te Gro
ningen gelegenheid vond Middelburg te verlaten. Gedurende
zijn rectoraat was het getal der leerlingen van 64 gedaald tot
44. Heneicus de Clercq was intusschen in liet begin van
Not. Cur. 6 October 1684
