421 Maart van liet volgende jaar brengen zij hierover rapport uit en wordt besloten aan ieder 100 gulden te geven. He nieuw benoemde praeeeptor Cotjtry die de twee laagste klassen onder wees schijnt niet zeer voldaan te hebben en hield het maar 2 jaar uit. In den zomer van 1702 werd hij beroepen als predikant te Hoek bij Terneuzen. Bij deze gelegenheid besloten curatoren x) de sollicitanten een tentamen te laten ondergaan- Men liet ze de leerlingen der vierde klasse examineeren om zoodoende hunne bekwaamheid te constateeren. Na dit onderzoek werd gekozen Johannes van dee, Hagen theol. cand. en tot hiertoe rector in den Graaf, die daags daarna door HEA. be noemd werd 2). Hoe het bij het begin der 18de eeuw nog zoo kort na de verbouwing in 1692 met de lokalen gesteld was, daarvan levert de volgende resolutie van Wet en Raad van 20 Januari 1703 een interressant bewijsn Op het gerapporteerde van de cu ratoren der latynscle schooldat de discipelen in de gemelte scholen sittende hg desen wintertijd en duystere dagen om haar themata te maken de houte vensters luikenmoeten opensetten om te konnen sien en dat sy alsdan vermits geen glase vensters tot bescherminge van de koude en injuriën van de lugt in de scholen zyndoor de windregensneeuio en koude te werden verhindert om na behooren haar werk te konnen doen en dat sy daardoor dickwijls in haar gesondheyt werden benadeeltzyn naar deliberatie d''heer en thesauriers geaubhoriseert om op de onkoste- lykste xoyse voor de stad in gemelte schooiendaar de noot hel meest vereyscht houte ramen met glas ie laten maken des dat de discipelen in gemelde schooien synde de voorn glasen eens gemaakt en gebroken synde sullen moeten H haren koste laten hermaken Wellicht is ook deze ongunstige toestand der lokalen een der oorzaken geweest waardoor vele ouders hunne kinderen niet naar de stadsschool, maar liever na^ir de zoogenaamde bij- 1) Not. Cur. 12 Juli 1702. 2) Register ten Rade 13 Juli 1702.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1893 | | pagina 433