30 gewenscht. In eene claags te voren gehouden vergadering deelden curatoren den rector mede, dat hem zoude worden verstrekt jaarlijks drie lasten turf en twee vademen hout dat daarentegen de sclioolgelden gelijk verdeeld zouden wor den tusschen rector, conrector en praeceptor, de rector niets vooruittrekkende zooals vroeger, omdat die zaak te voren wel eenige jaloezie hadde verwekt. Tevens hebben curatoren om het schamele bedrag der schoolgelden zooveel mogelijk te doen stijgen besloten om nogmaals te velde te trekken tegen de huns inziens schandelijke praktijk van den predikant Treitel die zicli nog steeds onderwond leerlingen aan te nemen in strijd met de resoluties, nog zoo kort geleden tegen hem uit gevaardigd. Dit besluit werd genomen 17 November 1723 en welken loop de zaak daarna genomen heeftdaarvan geeft de rector Ou wens als secretaris van het college van curatoren in de notulen van lé Januari 172é het volgende relaas//Na het afdoen van 't examen hebben de HH. cur. gebesoigneert over de zaek van den Lutli. pred. Tiieitel, aan wien de heer Bgmr. Veth ingevolge van de resolutie genomen den 17 No vember 1723 door een stadsbode, in qualiteit als regeerend Bgmr. en curatorhadde doen interdiceeren in het toekomende niemand aentenemen om in de Lat. en Gr. tale te onderwjsen zonder kennisse van de HH. cur. en derselver verkregene per missie en zulks niet anders dan in extraordinaire gevallen. Niettegenstaande echter welk interdict de HH. Gur. in ervaring gekomen zynde dat gem Tiieitel wederom van nieuws disci- pulen in zyn onderwys in voorn talen hadde aengenomen, hem ontboden hebbende de reden hebben gevraegtwaerom hij gein interdict niet was respecterende, als geschied uit name van den heere Veth, niet alleenlijk als curator, maar ook als burgemeester over welke zaek zij HH. cur. zig te meer waren verwonderende, omdat hem Treitel reets voor eenige jaren door weigein heer Veth in de tegenwoordigheid van den heere Register len Rade 3 September 1718.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1893 | | pagina 442