482 cember nog niets beslissends vernomen bad aangaande liet budget voor liet volgend jaar en men daarom nog niet tot liet benoemen van een rector kon overgaan, verbond ziek d'Engelbronner ook nog gedurende Januari en Februariin weerwil zijner bezigheden te Goes0111 zijne betrekking alhier zooveel mogelijk te blijven waarnemen. Doch reeds een paar weken later moest hij verklarendat die bezigheden het hem onmogelijk maakten de onlangs op zich genomen waarneming van het rectoraat na te komen en dat hij daarom wenschte ontslagen te wor den. Intusschen nam hij op zich het huis tot de komst van zijn opvolger in orde te zullen houden en te bewonen en de eerstvolgende promotie te leiden. Zoo zagen zich curatoren genoodzaakt naar een opvolger uit te zien. Na bekomen inlichtingen en gehouden deliberatiën viel de keuze op E. Ep- K-Ema rector te Hoorn. In de eerste plaats werd het nu noodig geacht den inspecteur de Leempoel te schrijven over 't ceremonieele in deze benoeming te observeerenterwijl men inmiddels Epkema van de voorloopige keus kennis gaf. Deze verklaarde zich bereid de betrekking te aanvaarden, zoodra de goedkeuring van den Grand Maitre zoude zijn ontvangen. De weg, die nu gevolgd moest worden was dezedat curatoren een proces-verbaal van de gedane keuze moesten zenden aan van Hulthem, die het opzond aan den Grootmeester te Parijs. Den 14den Juni zond van Hulthem berichtdat de graaf de Eontanes de keus goedkeurde en men tot de installatie kon overgaan. Intusschen had de in December vastgestelde promotie en uit- deeling der prijzen onder het bestuur van d'Engelbronner plaatsdie nu van de school voorgoed afscheid nam //agter- latende den welverdienden lof van zyne geleerdheid, dienst vaardigheid en yver voor de belangen van 't Gymnasium, die in gedagtenis inzonderheid by Curatoren bestendig zal blijven." Evenwel werden niet alle banden verbroken, want d'Engel- bronner bleef délégué van den rector te Brussel en zijne mede werking zou, vooral ook met het oog op de reorganisatie van

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1893 | | pagina 494