•192
vervangen. Bij de benoeming van Ekker koesterden curatoren
de lioopdat hij tegen het einde van bet jaar bet onderwijs
in de wiskunde zou op zich nemen en men van Hector zou
verlost wordendien menhoewel bij ten eenenmale ongeschikt
bleek om de orde te handhaven, telkens had moeten continu-
eeren. In die hoop zag men zich echter teleurgestelddaar
Ekker in December benoemd werd te Utrecht en deze betrek
king aannam. Desniettegenstaande verklaarden curatoren dat
van eene continuatie van Hector geen sprake meer kon zijn
want dat de geest van bandeloosheid, bij de schooljeugd,
die door de ongeschiktheid van Hector ontstaan waszich
gaandeweg ook in de andere lessen openbaarde en daar slechts
met moeite kon bedwongen worden. Men zou derhalve bij de
voorziening in de vacatuur van het praeeeptoraat niemand voor
dragen die niet bereid was de wiskunde te onderwijzen. Eerst
in Juli slaagde men er in een literator te vinden, die ook de
wiskunde op zich wilde nemenzoolang moest Hector zijn
post blijven waarnemen. De nieuw benoemde was Brederik
Hendrik Batenburg candidaat in de letteren te Utrechtdie
geïnstalleerd werd 3 September IS23.
De conrector We verman sedert 1779 aan het gymnasium
verbondenhad reeds lang gewenscht wegens zijn hooge jaren
en toenemende gebreken van het onderwijs in de fabelkunde
en de nieuwe aardrijkskunde te worden ontheven. Zijn drin
gend verzoek werd ingewilligd en het ééne vak den rector, het
andere den praeceptor opgedragen.
Laatstgenoemde viel aanvankelijk zeer in den smaak. Iio'e-
wel hij wat geleerdheid aangaat niet vergeleken kon worden bij
zijn voorganger den voortreffelijken Ekker had hij daaren
tegen veel slag om met de leerlingen om te gaan. Zijn salaris
met dat voor de wiskunde er bij bedroeg f 900. Ook het
geven van vele privaatlessen en het houden van een kostleerling
leverde voordeelen opzoodat zijne inkomsten van dien aard wa
ren gewordendat hij niet licht elders als candidaat in de letteren
een voordeeliger positie zou hebben kunnen vinden. Er bestond