497
ontslagen en opgevolgd door den doctorandus Hendrik Polman
Kr use man. Kruseman had zijne benoeming te danken aan de
allergunstigste inlichtingendoor de Leidsche professoren ver
strekt, betreffende zijn aanleg, kunde en karakter. Zoo kwam
hetdat de goede gang van zaken op de school door deze ver
andering ongestoord bleef. Kruseman werd 23 December 1833
geïnstalleerd en hield 7 Mei 1834 zijne inaugureele oratie //De
Vita Epicharmi et de Comoedia Sicula." Zijn eerste verblijf hier
duurde slechts twee jarenwant in het voorjaar van 1836 werd
hij benoemd tot rector te Wageningen. Onder vleien.de be
woordingen werd door cur. gunstig geadviseerd tot het verlee-
nen van eervol ontslag tegen 1 April.
Aangezien het getal der leerlingen slechts 20 bedroeg niet
tegenstaande den gunstigen staat van het onderwijs en de
inkomsten der docenten uit de schoolgelden gering waren
werd op voorstel van curatoren besloten het praeceptoraat te
laten vaceeren tot het einde van het jaar en liet vrijvallende
salaris gelijkelijk te verdeelen onder den rector en den conrector
die met het waarnemen der vacante betrekking werden belast.
Onder de sollicitanten voor het praeceptoraat schenen P. Schel-
tema doctorandus en dr A. A. Deenik de meest aanbevelens
waardige. Daar de stemmen staakten moest het lot beslissen.
P. Sci-ieltema x) kwam dientengevolge als de eerste op de
voordracht en werd benoemd met ingang van 1 Januari 1837.
Weldra bleek dat helaas de nieuwe praeceptor niet ferm genoeg
was om zijnen leerlingen het noodige ontzag in te boezemen. Met
des te meer leedwezen vernamen curatoren in hunne September-
vergadering van 1839 dat de mandie de school sedert 10
jaren uitnemend bestuurd hadtot rector benoemd was te Rot
terdam en voornemens was deze betrekking aan te nemen. De
conrector Batenburg hoe verdienstelijk ook als onderwijzer kon
als candidaat in de letteren niet in aanmerking komen. Ook
had hij door ongelukkige huiselijke omstandigheden niet het
Zie Nagtglas Levensberichten.