Bijlage D. Wetten en Orden omtrent de Latijnsclie scholen te Middelburggearresteerd door lieeren cura toren, den XIX. Eebruarii CIOIOCOLXXI III. HOOFDSTUK. wegens de exercitia scholastica. i- De Exercitia Scholastica moeten met een Latijnsck of Grieksch Van 't Geheel. gebed, door een der Discipelen eerbiedig gedaan, beginnen en eindigen. 2. In alle de dassen zullen de Leermeesters in 't gemeen in Van de orde hunnen schooldienstvoor zoo verre het optenoemene verhan- de Fensa- deld wordt, deze orde houden, dat zij bij hunne inkomst na 1 gebed eens en vooral de Lessendie opgezegd moeten wor den, met het gene daartoe betrekking heeft, de Jeugd afvra gen daar over examineren en een nieuwe les opgeven. Daarna zullen zij overgaan tot de explication hunner Aucteursdeze afgeloopen zijnde daar over examineren; voords een gebrachte constructio corrigerenen een nieu pensum ter vertaling tdruis opgeven. Welke dingen successijf afgedaan zijnde, zoo zal als' dan een INfederd. Thema gedicteerd, en regelrecht daarop ge maakt wordenzullende geen discipel in dien laatsten tusschen- tijd mogen buitengaan. 3. Niemand zal enig discipel meer dan 1t beloop eener bladzijde Van igno- teffens uit de Gramma,tica van Vossius laten opzeggen, en uintien- voords in alle andere memorielessen meer op 't wel begrijpen dan op de grootheid der lessen acht geven. Zoo wie der dis cipelen meer den 3 maal mist, zal ignarus opgeteekend worden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1893 | | pagina 545