54-1 1. Cellai'ius. 2Mede geschreven opbrengen en expliceren alles wat in Maiore geexpliceerd en ten dien opzichte gedaan wordt, daar bij voegende de ParapZirasis of welke andere exercitie bij dien Aueteur best passé. 3. Maar daarbij ook noch om de 2. maanden bij beurten expliceren 1Hor alius met deszelfs MetraColor es RZielorici GraecismiFalmlaeen Artijicmm carminum. 2. Iwiusen 3. Tacitusmet derzelver breeder uitlegginge. Doch in plaatze hiervan zal des Maandags ook alhier Thema gemaakt worden. 15. Op dezelfde vier hoofddagendes namiddags zal men opzeggen I. Class. In Minöri Ordine: 1. De Etymolog. Yossii met de breedere aanteekeningen op den kant. 2. Des Dingsdags en Vrijdags daarbij opzeggen een les uit de Prosodia Vossiials dan ook de voriggemaakte Verzen cor rigeren. 3. De 3 eerste maanden de Bhetorica Contracta Vossii; den volgenden tijd de Elementa RZietorices ampliorisquod Tropos special et figuras. 41 Expliceren zoo in minori als rnaiori de drie eerste maanden YirgiUi Aeneisna vooraf een carmen Bncolicum geexpli ceerd te hebben; voords de Georgica YirgiUide Heroides Ovidiide Ocleu van Hor aliusen Tragoedien van Seneca alles als bovenzoo dat van deze Schrijvers er 4. in een Jaar omloopen. 5. Zoo er tijd overblijft, zal die besteed worden tot nuttige oefeningen in 't maken van verzen, schrijven van Gr, vo- cabulaofzoo de vorderingen zoo ver strekkenmede be steed worden tot de zelfde oefeningen der Maiores. In Maiori: 1. De Etymologia Vossii met hetgeen van de figurae Ety- class. mologicae enz. op T einde er bijkomt. rtuaor. namid-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1893 | | pagina 553