576
de naburige St. Jansgang is zeer nauw en laagzoodat in deze
gang in 1825 nog een slachtoffer viel van onze watervloeden.
Men had ze kunnen keerenindien men hoogere vloedplanken
had gehad. Het was weleer de enge weg voor voetgangers van
het klooster of' de St. Janskerk naar de poort of van hier
naar 's Gravenhof.
Ik heb intussclien aangenomendat de tegenwoordige Nieuw e-
haven bij de Hoogstraatdie men een beteren naam liad kun
nen gevenmisschien niet de oudste grens der stad geweest is
doch dat die zich reeds moet gewend hebben van het Papen
straatje over de Hoogstraat naar achter het tuchthuis. Het
zoogenaamde Kattegat in de Geere lag in allen gevalle bij den
wal. Men weet, dat dit een oude krijgmans term is; kat
beteeken de oorspronkelijk een stormram, later een kanoneen
sclietekat\ waarschijnlijk werd in deze steeg zoo iets geborgen,
en dus nabij den wal.
Heeft de eerste wal langs denabij de varkenmarkt geplaatste
poort geloopen, dan begrijpt men den naam van Hoogstraat.
Bij het tuchthuis, waar de wal heen liep., waren weder lage
deelen der stad, o. a. de Kalkstraat, die ik nog gekend heb
en die het laagste terrein was van de gansche stad.
Men ziet uit een en ander, dat. er nog bewijzen over zijn,
die aantoonen, dat het oude eiland eene soort van langwerpige
hoogte wasdie afdaalde naar de door de natuur gevormde
gracht, die het van den aanvang af omringde en nog duidelij
ker zou dit te bespeuren zijnindien men het niveau kende
van erven en tuinen. Het was een eiland door de natuur ge
vormd en geen kasteel is noodig geweest om de bewoning te
verklaren of de gedaante der stad.