579
Janskerk het Bagijnliofhet rijke gasthuis en zoo meer te laten
houwen. Dat de Kerk hier weldra vele eigendommen bezat,
blijkt b.v uit hetgeen Ehrlich Bijdrage blz. 70 mede
deelt, dat in 1342 het gasthuis met de Abdij het terrein konden
ruilen tusschen de Kortedelft en de Spanjaardstraat tegen een
ander in de Langedelft van het Gasthuis af tot de St. Jan
straat; elk dier terreinen moet volgens Ehrlich 33.735 en
15.879 vierk. m. groot zijn geweest. Men gevoelt hoe weinig
grond er als eigendom van particulieren of regeering overbleef.
Tot het eigendom der laatste behoorde zeker het centrum
en het stedehuis en de wallendie onmogelijk hebben ontbroken
zoodat ook hieruit voortvloeit, dat het oppidum zijne latere
grootte reeds had.
Er staat wel geboekt, dat de West- en Noordmonster eerst
later in de stad werden getrokkendoch dit zal slechts doelen
op vereeniging van bestuur. Groote muren of grachtendie
de drie parochiën scheiddenwaren er niethoogstens slooten
of hagen. Enkele oudheidkundigent.w. jhr. Rethaan Ma-
caiié hebben wel vermoed dat de Arnevan den Domburg-
schen watergang komendeover de markt zou geloopen heb
ben doch daarvoor was het eiland reeds te hoog en het terrein
zou dan ook te drassig geweest zijn om er eene kerk op te
vestigen.
Naar mijn bescheiden oordeel was dus Middelburg in 900
even groot als het in 1302 wastoen Guy van Namen door
eene overwinning op jonker Willem van Henegouwen onzen
lateren graafmaar niet door vermeestering van een burchthet
in zijne macht kreeg.
15. De stad heeft wallen en muren gehad,
vroeger dan men doorgaans aanneemt.
Jhr. Paspoort meent, dat de vereeniging van Middelburg
tot één geheeldus tot een oppidumeerst in het begin der
12de eeuw zou geschied zijn, en houdt het niet voor waar-