7
berg een oud geldstuk gevonden, terwijl men het in overvloed
medegaf in de nu verzwolgen doodkisten. Het is wel waar
schijnlijk dat men de lijken in den beginnevoordat liet wo
nen veilig werd, naar het hoogere gedeelte of naar den vasten
wal overbracht en dat uit de eerste handelwijze de overleve
ring is ontstaan, dat de zielen der afgestorvenen van de west
kust van Walcheren met booten naar het onbekende westen
werden gebracht.
De bergen zijn dus in de vijfde of zesde eeuw door de Sue ven
gemaakter ontstonden goede wateren en in den zomer bruikbare
landwegener ontwikkelden zich rondom die bergenof liever
rondom die hofstedenmiddelpunten van verkeer en terwijl nu de
eene hoeve met haar berg geïsoleerd bleef liggenontstonden
elders bij of rondom de bergen gehuchten en dorpendie den naam
behielden van de plaats, waarop de hoeve geplaatst werd of
welin de 10 eeuw of daaromtrent naar een heilige of naar den
stichter eener kerktoen de zegevierende Christenkerk voor
goed overwonnen had, een anderen naam ontvingen.
Uit het weinigedat men in die alzoo voorchristelijke
heuvels gevonden heeft, moet men opmaken, dat die onder-
lioorige boeren, weinig behoeften kennende en weinig ontwik
kelde lieden geweest zijn. liet is mogelijkdat er voor de
bewoners dier eerste bewoonbare oorden eene soort van Gods-
vereering heeft bestaanmaar bewijzen zijn er niet voor.
Slechts overleveringen en bijgeloovigheden zullen wel in de plaats
gekomen zijn van eenigen leerstelligen Godsdienst. De ruwe
zeden doen vermoedendat men geen denkbeeld had van een God
der Liefde of des Lichts, maar dat alle Godsvereering bestond
in het vaste geloof aan bovennatuurlijkeden boosdoener straf
fende wezens, en dat men bij stormen of onweders of over
stroomingen of bij andere rampenvan ouds overgeërfde
ïueeningen koesterde en daarom den dooden geld medegaf in de
kist, hetgeen in dien tijd alle volkeren deden, de beschaafde
Grieken en Eomeinen zoowel als de ruwe heidensche bewoners
van Duitschland.