8 Zóó ontstonden dusnaar ik meenonze verdwijnende vlucht heuvels diezonderling genoegthans weder bij de rivieren in Gelderland worden ingevoerd. Yoor ik nu die der eilanden beschrijf, meen ik verplicht te zijn het een en ander over te nemen uit mijn opstel over die van Walcheren. Walcheren. Walcheren is het meest bekende en ook wel met Schouwen het oudst bewoonde van onze eilandengroep. Zijn ouderdom en de daarmede, zeker in verband staande eigenaardigheiddat er Zeelands hoofdstadMiddelburgin ligtheeft het naam ge geven en het feitdatzooals ik reeds aanstiptehet westelijk deel reeds in de eerste tijden van onze jaartelling was bewoond, heeft natuurlijk ten gevolge gehad, dat men er de oudste en meeste bergjes in vindt. Ofschoon ikonbegrijpelijkerwijze één en dat nog wel een zeer bekend te Biggekerkeheb ver geten te vermelden, kon ik toch door overleveringen en door oude kaarten de plaats opsporen van ongeveer 65 van die heuvelen. Yan deze waren sommige nog gaafandere ge deeltelijk afgegravendoch van 23 was nog genoeg overge bleven om ze den naam van Berg te kunnen geven9 waren geheel verdwenen en van 23 kon men nog zeer goed het vroegere bestaan herkennen. Onder deze zijn er intusschen 9 waarvan ik slechts vermoeddat het bergjes zijn geweest omdat het verhevenheden zijn, waarop men eene kerk of een molenof een buitenverblijf heeft gebouwd. Al die bergjes komen voor op eenigen afstand van de duinenslechts één later onder het duin bedolven en nog later aan den zeekant weder zichtbaar geworden bergop de grensscheiding van Zoutelande en Westkapellevond ik in de duinstreek. Dit liggen in het duin verklaart zich hieruit dat vroeger tusschen de duinen het zeewater nog instroomde zoodat die streek tijdens den bergbouw geen duinstreek was maar evenals het overige Walcheren, bezonken kleiland; Zoutelande was een grond eertijds zeker eigendom van een heer Soete genaamd.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1902 | | pagina 134