27
uit men zou kunnen opmaken, dat men voor den bergbouw
daar geen werk maakte van schapenteelt. De berg lag tusschen
den Iiongerigen weg en den Breeweg.
11.
De kleinste berg had in 1834 eene hoogte van 5 M.
en lag nabij het kerkhof en bestond grootendeels uit zand en
wat men hier derrie noemtdie men niet verwissele met het
praeliistorische veen. Hij is nu slechts aan eene kleine ver-
hooging kenbaar; Hattinga heeft hem Teeds voor 150 jaren
afgeteekend als een miniatuur-heuveltje; op de kaarten van
Ottens en de Kanter ontbreekt hij geheel. Wat hem voor
ons gewichtig maakt is, dat hij lag op de grens der heer
lijkheid; meermalen komt het voor dat een berg of een
watergang de grenzen bepaalde. Vooral verdient het de
aandacht, dat hij lag ter plaatse, waar men later de kerk
bouwde; de berg is dus het eerste begin van het dorp geweest.
De oorlog heeft Ellemeet vernietigd; de bevolking is uitge
weken naar het meer noordelijk gelegen Oudendijkdat veel
jonger is en dus geen berg heeft maar thans eene welvarende
plaats is en de kom heet der gemeente.
In de nabijheid van Ellemeet, schrijft mij de heer Pol
derman stond in 1833 nog eene stolp, dat is een kleine
hoogte en de daarbij behoorende weide heet de Stolpwei. Ik
heb dat verdwenen Stolpje maar niet in mijne lijst opgenomen,
evenmin als de hoogte, waarop de kaart van Ottens het huis
Zuid-Schouwe of Zuid schnre afteek ent. Kende men de
geschiedenis van deze twee hoogten beter dan ik ze kendan
zou het wellicht blijkendat het ook vluchtbergen zijn geweest.
12. 13. 14.
Van Eikerzee ligt de kom der gemeente alweder aan de
vaart en volgens de tabel van 1834 waren er toen in de ge
meente drie bergjes een van deze lag omstreeks 80 M. van
de kom en de beide andere 120 en 300 noord-noordwest er