32 Duiveland. De groote ambachtsheerlijkheid met dit kleine dorp, die ook alweer aan de moeren grenst, behoort als ge meente thans bij Kerkwerve. Zij strekt zich uit tot den grooten Schouwschen dijkdie van het noorden naar het zuiden loopt en vele eeuwen lang het eiland beschermde. Op de plaatswaar de vaarten te zamen komendicht bij de moeren, ligt het gehucht het Moriaanshoofd liet is bekend dat Moren en Moriaanshoofden vroeger eene groote rol speelden onder de uithangborden en dit zal ook wel de oor sprong zijn van dezen titel, midden in Schouwen, maar het zou ook kunnen zijn, dat het woord eene verbastering ware van Aioeren. Wij hebben hier met een groot land te maken dat zeker, niettegenstaande den nieuwen naam, zeer oud is en toch is er in heel de heerlijkheid Nieuwerkerke geen enkele berg, of, zoover bekend, ooit geweest De eenige oplossing is dezedat de streekhoe oud ookin de 6e eeuw nog geene terreinen opleverde om hofsteden te maken en dat, toen die tijd aanbrak, de tijd van den bergbouw voorbij was. Wij vinden echter wel heuvels in het als gemeente met Nieuwerkerke vereenigde. Kerkwerve. Ook alweer tusschen de Moeren enden Schouwschen dijk; het is een oud landwant het wordt reedszegt men in de 8e eeuw maar onder een anderen naam vermeld. De naam, die kerkland beteekent, is natuurlijk uit den tijd van den kerkenbouw doch opmerkelijk is hetdat die kerk weleer aan Willebrord was gewijd en dat men daar zeer uit gebreide terreinen, al waren het dan ook maar schorren, aan dien Heilige, dat wil zeggen aan de hier ingevoerde Christen kerk heeft geschonken. Het is dan ook om die redendat Diiesselhuis hier zoekt de in oude oorkonden vermelde plaats Mandacus. Kerkwerve verloor reeds in vorige eeuwen zijne kerk, doch eerst in 1820 zijn toren; thans wordt er, naar

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1902 | | pagina 158