123
aan een mestvaalt doen denken, te besluiten dat bier en daal
de berg na de hofstede is gemaakt en dat sommige bergjes
later zijn opgehoogd.
9 De Zeeuwse he heuvelen zijn gemaakt dicht
bij wegen, watergangen of oevers.
Meestal vindt men nog de sporen vannu tot wegelingen
of vervallen wegen gemaakteoude hoofdwegendie zeker den
berg of de hoeve met de buitenwereld in vereeniging brachten.
Die oude kromme wegen, waaraan men weinig werk besteedde,
hebben voor betere plaats gemaakt; in den winter liggen zij
thans nog wel ouder watereens waren zij de hoogste begang-
bare plaatsenthans de laagste. Evenzoo lag in dien watertijd
de berg dicht bij een watergang om begrijpelijke redenen, doch
de eenmaal door gorsen omgeven kanalen zijn beschaafdals
ik het zoo mag noemen en veelal verlegd: daarom is het on
mogelijk het voor alle bergen te bewijzendat zij aan een
watergang lagen: van vele ziet men het nog, ja, van enkele
blijkt het, dat zij aangelegd zijn in een bocht van zulk een
kanaal. Om gelijke redenen zocht men het strand op van
de armen der Schelde of middenzeeën, doch natuurlijk lag er
dan nog een voorland bijdat later is ingepolderd en de oorzaak
isdat sommige heuvelen voor zoo verre ze nog bestaanthans
schijnbaar ver van liet strand afliggen. Die van Middelburg
lagen bij de oevers der Arnevan Borsselevan Coudorpe
nabij het zeestrand, die van Ellemeet en Eikerzee rondom de
Schouwsche middenzeede Goesche rondom de Poeldie van
Arendskerke aan de Schengedie van Duiveland bij de Steenen
Zwaandie van Schakerloo bij de Strienedoch ik herhaal
het, uitgebreide schorren beschermden tegen de zee.
10 Er is verband tusschen bergen en
heerlij khed en.
Peeds op een der Domburgsche steenen komt het woord
Ambacltius voor en ook zoo bij Julius Gaesau; het woord is dus