25 Zooals bekend is, vernielde liet hemelvuur den 1 Augustus 1712 het geheele houten bovengedeelte van den Abdij toren. Het uurwerk en het klokkenspel werden een prooi der vlam men. Krachtig sloeg daarop de regeering van Middelburg de hand aan de herstelling. Het Register ten Rade van 28 Oc tober 1713 deelt reeds de aanbesteding van het uurwerk aan H. Joltrain mede en het voornemen tot het aanbesteden van het klokkenspel en wel aldus n d"1 Heeren thesauriers hebben bekent gemaakt, dat zij het horologe te stellen op den Abdij toorn hebben aanbesteed aan den persoon van Hendrik Joltrainwoonende tot Antwerpen voor eene somme van vier duijsent vijf hondert caroli guls. wis selgeld binnen Antwerpen te betalen alles volgens het aecoord daarvan zijndeversoeckende daarop haar Ed: Ach tb: appro batie waarop zijnde gedelibereertword het voors: accoord zooals het legt bij desen geapprobeerten de heeren thesau riers verder versogtzig te informeren en hare gedagten laten gaan over het aanbesteden van een klockspel en een trommel- werk al voren daarvan latende maken een modelom hetzelve gesien zijnde daarop nader te worden gedisponeert." Uit het Register ten Rade van 24 Maart 1714 zien wij dat men niet stilgezeten had met het maken der ontwerpen voor het klokkenspel en voor de kleine wijzigingen die de toren dientengevolge moest ondergaan. In genoemd Register komt namelijk voor //d'Heeren thesauriers hebben haar Ed: Agtb: voorgedragen dat den tijt verre inschiet en het van nootsakelijkheijt isdat het gieten van de kloeken alsmede den trommel worde aanbe steed, dat ook mogelijk eenige kleijne veranderingen aan het model van den toorn in het opperste werk zullen moeten ge maakt worden; waarop zijnde gedelibereert, wordende heeren thesauriers versogt en geauthoriseerthet gieten en maken van alle de gerequireerde kloeken mitsgaders den trommel tot het speelwerk aan te bestedendaaromtrent betragtende zooveel menage als daarop kan worden gevondenen voorts om eenige

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1902 | | pagina 27