2 huren komen niet meer post voor post voor, maar elk soort in ééne som. 1673. In die van 1653 vindt men voor het eerst in ontvang de pacht van de stads wijnkelders, en wel tot een bedrag van 254«2 5. Er waren er acht, als: in de langeviele, op de hoogstraat, op de vlasmarkt, in de noordstraat, segeerstraat korte-sepiersstraatkorte-singelstraat en op de balans. In 1671 bedroeg de pacht 877 9 en in 1674 slechts 400 bene vens 16 13 4, wegens een stuiver van eiken stoop, daarin geconsumeerd, vertegenwoordigende alzoo eene hoeveelheid van 2000 stoopen of 4000 liters. De gewezen pachter van de stadskraan kreeg eene toelage van 5, wegens zijne pretentie voor //honinch en zeem". 1670. In de rekening van 1660 leest men voor het eerst //Dheereu thesauriers voornoempt brenghen noch alhier in ontfanck tgene in verscheyden jaaren by affcortinge van rekeninge en anders is verovert volgens de particuliere rekeninge". Havengeld komt het eerst in ontvang in de rekening van 1661 tot een bedrag van 280 11 8, in 1667 bracht liet 397 1 8 op en in 1674 444 11. In die van 1666 begint de verantwoording van de twee schellingen van het last van de schepen, die in het dok zijn gekomen, sedert 19 November 1666 tot 31 December daarna, welke heffing 11:5:8 opbracht, en die van twee stuivers van liet last //wesende het banckgelt" vau het timmeren en schoonmaken van de vreemde schepen binnen de haven der stad. Dit bracht 18 6 op. Wegens dokgeld werd in 1667 ontvangen 183 8 6, in 1674 182 7 3 en wegens bankgeld in 1667 12 1 5 en in 1674 13 7 8. Yan deze heffingen komen afzonderlijke rekeningen in 1m archief voor. Zie het verslag over 1893. Yan Mr. Johannes Seuooskerke werd, als griffier van het kantoor van consignatie, 2813 6 8 ontvangen, voor het geen hij ten behoeve van de stad had ontvangen //over nanip- tissement en aenschatgelt van de penningen ten voornoemden

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1902 | | pagina 422