5
van de wisselbank betaalde 25 en een klokluider £1:13:4. 1674.
Laurens Willemsz. Yerpooete Johan Radermacher
Abraham Bisscop Phil.z., Abraham van der Margt, Johan
van Roubergen Johan van de Poele, als bewindhebbers van
de nieuw opgerichte W. I. G., Johannes de Coninck// (coopman)",
beëedigd hoofd-participaut dier compaguie, 1G 13:4, een
bode op Amsterdam 66 13 4, een pondgaarder £33:6:8,
een procureur 100 in geld en 100 in obligatiën ten laste
der leenbank.
Zie over de recognitiën: Mr. G-. A. Pokher, De Lomberd
en de bank van leening te Middelburgin Archief III 1.
Niet onbelangrijk waren de voordeelen, die de stad nu en
dan genoot uit de belastingen ten behoeve van het land ge
heven. Zoo wordt in de rekening van 1668 eene som van
418 1 1 in ontvangst gebracht //als in den jaere 1666 by
de stadt is genoten ende geproffijtteert uyt den ontfanckby
dkeeren thesauriers van denselven jaere gehadt van den vijf-
hondertsten penninckhaertstedenbodencarossen ende paer-
degelt binnen deser stadt ende het resort van dienover den
jaere 1665 incluys". Deze som genoot de stad //boven alle
betaelingen, die soo aen den ontvanger-generael van Zeelandt
als over oncosten ten dien fvne sijn gedaen". In 1661 was
te zelfder zake 520 9 4 overgebleven van den dubbelen
honderdsten penning.
De rekening van de //silverleeninge (sijnde seven mael den
500° penninck van den jaere 1672)" leverde een goedslot van
5412 2. Rekening 1672. In dezelfde rekening wordt
65 11 6 in ontvang gebracht voor een stuiver winst op
7869 rijksdaalders, die de muntmeester moest leveren voor
8 fi 4 gr. en die de stad uitgaf voor 8 fi 6 gr.
De thesauriers, die buitengewone bemoeiingen hadden gehad
bij het in ontvang nemen van het ongemunt zilver //by de
gemeynte over zeven mael hunnen 500" penninck aen den
lande van Zeeland ter leen verstrecktlieten zich daarvoor
afzonderlijk beloonen, t. w. Johan Lampsins en Jacobus