110
legaet, die per reste tea achteren is geweest van sijn voorseyde
oatfaack aea de voornoemde kercken omtrent 800 ea niet
meer als de voorseyde 190 is overgeschoten ea aen hem
hr. Govaerts is behaadigt volgens authorisatie van Weth en
Raet van 13 Aag. 1695". Rekening 1695. Zie J. van der
Baan: Het legaat van Agatha Porrenaer, blz. 36.
Aan de beurtschippers van Rotterdam werd 39 betaald,
voor het vervoeren van arme lieden naar Rotterdam. 1675.
VIII. SCHOLEN.
Illustre school. Aan Walterus van den Borgii werd £8:6
betaald //over Jt spelen van de musijck in de nieuwe kercke
toen de heeren de Mey ende Momma haer oratie deden". De
orgeltrapper kreeg toen 4 fi 2 gr. 1675.
Voor de twee professorsrokken werd lo1^ el suprafijn zwart
laken gekocht, van 1 5 de el, 125/8 el Genuaasch satijn,
van 18 fi de el. Voor maakloon werd 4 betaald en gelijke
som voor knoopen en lissen. 1676.
Latijnsche school. In de rekening van 1691 vindt men de
navolgende uitgaven voor de verbouwing zoo van de school
als van het woonhuis. Er werden 5 deurkozijnen, 6 deuren,
een plansier en dakvensters gemaakt, voor 12 2. Aan
Abraham van Schelvergem werd 15 betaald voor het
//afl'setten" (in verschillende kleuren de stadskleuren
schilderen van de deuren en vensters). Het maken van drie
kruiskozijnen met vensters en toebehooren kostte 3 4,
drie eiken kozijnen met deuren, lijsten en toebehooren 3 9.
Aan Abraham Housaert werd 12 betaald //over het ver
maken van de salette, leggen van de galderie met affbreken
van den voorgevel". Ezechiel van de Walle kreeg 3 4
voor het maken van drie deurkozijnen met deuren, lijsten en
hangen; Abraham Housaert 15 voor het maken van stee-
nen schutselmuren boven op de kamers en van binnen en buiten
te pleisteren; 21 voor het leggen van de vloeren met leve-