120 beek bij den brand aen 't gaerenhuys by de Tlissingscke poort" op den 18 April 1700 rekening 1699. Jan van der Heyde de oude en Jan van der Heyde de jonge ontvingen 296 13 //over leveringe van 2 groote koper slanghbrandspeuyten met sijn toebehooren" en nog 11 13 4< voor vracht en 150 koperen penningen1694. Yan Casper Steglits werd 21 10 ontvangen op reke ning van 55 //wegens het aannemen van het repareeren ende onderhouden van alle de brantemmers binnen deser stadt (behalve die van slants vvege)" van 1 April 1684 tot 1 April 1687 rekening 1684. Boude wijn Peny ontving 4 //over een foy en veree ring" wegens het aannemen van de brandemmers 1692. Yoor //dry mael exercitie van de brantspeuyten" in het schuttershof van de busse werd £1:11:6 betaald1694 en voor zevenmaal te exerceeren 3 10, rekening 1696, Ook in de volgende rekeningen komen dergelijke onkosten voor. Eloris Bedlo kreeg 16 13 4 als brandmeester, Y7. R. 25 Januari 1697rekening 1697 en Huybregiit van YVaghtbeek gelijke som, benevens nog £4:2 voor ver schotten ten behoeve van de slangbrandspuiten in 1694 en 10 14 8 ter zelfder zake, van 13 Mei 1695 tot 22 December 1697, rekening 1698. Aan Samuël van der Heyden werd 52 8 be taald //over een koper slanghbrantspeuyt met leer en ringen etc. op den 3 Juny 1697 en April 1698", rekening 1698. Er werd 1 15 betaald voor tien lampen en 22 olie maatjes voor de lantaarns, benevens transportkosten van Amsterdam. Johannes Willaers kreeg 7 15 4 voor het zetten van de kaarsen in de stadslantaarns van 22 Sep tember 1674 tot 22 Maart 1675 en 7 16 4 voor het zetten van de kaarsen en de lampen in de lantaarns van 21 September 1675 tot 21 Maart 1676 rekening 1675. In

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1902 | | pagina 540