122 ligen tot liet betalen van bet lantaarngeld. De lantaarns kostten meestal 71/3 gulden, behalve het glas, waarvan voor eiken lantaarn 5 moest betaald worden. Er was een lan taarn van 16 groote ruiten, eerst gesteld op het Arnemuidsche hoofd, doch later op de groote markt, 1687. Er waren 16 aanstekers, die te sameu 66 13 4 be looning hadden voor drie maanden. De lantaarns brandden van 1 October tot 31 Maart. De opziener had 30 beloo ning. Voor het opsteken van den lantaarn op de groote markt werd 10 fi betaald 1691. De jaarlijksche kosten liepen aanmerkelijk uiteen. In 1688 waren zij 499 18 2, in 1689 385 7 5, in 1696 288 14 1in 1699 770 16 7, wat voornamelijk het gevolg schijnt geweest te zijn van de aanschaffing van meer of minder groote hoeveelheden olie. XI. VERSCHILLENDE PLAATSEN. Er werd 1 2 ontvangen voor verkocht brandhout, gekomen van het oude veerhuisje, dat gestaan had buiten de waterpoort te Arnemuiden, 1675. De poortiers te Vlissingen kregen 1 1als nieuwjaars gift voor het openen der poorten voor de Heeren van Middel burg1677. Aan de voerlieden van de stad werd 6 betaald voor liet rijden met het stadsbestuur naar Westkappel tijdens de inun datie in de week voor 13 Eebruari 1682 en nog voor een tweeden tocht een gelijk bedrag1681. Voor opbouw van de kerk te Cortgene droeg de stad 50 bij1685. Heerlijlcheden. Jan de Buck werd in Augustus 1675 se cretaris van Domburg en betaalde als recognitie 50 in geld en gelijk bedrag in obligatiën ten laste van de leenbank, 1675. Aan Mr. eran901s Velteus werd een kapitaal van 550 afgelegd, dat gestaan had op den molen te Westkappel, 1678. Aan Robbert Errevaert, commies van den rentmeester

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1902 | | pagina 542