7 vanger van liet middel op het kleinzegel Cornelis Johannes Serle. In de rekening staat//Vijfentwintigjaarige rekening van Mr. Cornelis Johan van den Helm Boddaert als eerste griffier ter thesaurie der stad Middelburg"'. Deze werd gedaan aan den Raad en ten overstaan van zes gecommitteerden uit de burgerij, ingevolge art. 31 van het Reglement voor de gemeentebesturen van 20 December 1805. De rekening van 1807 heeft tot titel: //Rekening, bewijs en reliqua van den ontvang, handeling en administratie, ge houden by de heeren (volgen de namen) als thesauriers dei- stad Middelburg, zoo van het inkomen der middelen, door dezelve ten behoeve dezer stad ontvangen, als van de uit gaven daarjegens gedaan, sedert den J. Januari tot en met den laatsten December 1807". Ze werd overgebracht aan den burgemeester Mr. Jacob Hendrik Schorer, volgens artt. 31 en 32 van het reglement van 23 October 1807, en opgenomen en gesloten in eene vergadering van de Vroedschap der stad. Ze is gesteld in guldens, stuivers en penningen. Uit de rekening van 1810 blijkt niet, aan wie of wanneer deze werd gedaan. Ze is alleen door de twee thesauriers geteekend. Aanschatgeld (toebedeeliug in faillissementen) bedroeg 3 en namptissementgeld (namptissement gerechtelijke borgstelling) grooten te Van ieder der burgemeesters, schepenen, raden, pensiona rissen en secretarissen werd 1 200 ontvangen en alzoo te samen 5600 //over hun Ed. fournissement in 't avanceeren wegens het quohier en taux van 't hooftgelt"W. R. 20 December 1702. Deze som werd aan den Ontvanger-generaal der pro vincie uitbetaald, 1702. De impost op het brandhout werd niet meer gehevenresolutie van de Muuicipaliteit van 23 September 1795rekening 17 95. Omtrent de huisschatting leest men in de rekening van 1805 //De rendanten noteeren alhier, dat door de gebrekkige invordering van dit middel, veroorzaakt door het onbetaald

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1902 | | pagina 621