10
als schoorsteenveger van 13 5 en over 1793 van 25:
rekening 1793.
Ca.tha.rina de Prez weduwe van Cornelis Hinnekens
moest voor het vendumeestersambt, in plaats van wijlen haai
man 2616 13 6 betalen, 1715. Zij betaalde 3000
ten behoeve van Pieter Lucas Grymalla //voor sijn adjunctie
tot vendumeester" W. E. 31 Januari 1721, rekening 1721.
Grymalla volgde de weduwe Hinnekens op en betaalde jaar
lijks 34-rekening 1747. Pieter Jacobus Matthïjssen
moest 1000 betalen voor survivance van zijn schoonvader
Grymalla, 1761 en nog gelijke som bij diens overlijden, 1767.
Genoemde Matthïjssen overleden zijnde, werd vervangen door
J. Thibaüt Matthïjssen, die jaarlijks f 2750 moest betalen,
1809.
De assistent-collecteur van het middel der wijnen en bieren
resolutie 8 September 1804, rekening 1804, 266 13 4.
De sleper van de groote wijn-, boter- en zeepslede 250
rekening 1804.
De vier weesmeesters ieder 10 pet. van 500 gulden in hei-
jaar, 1804.
Aan B. P. van de Coppello, als griffier ter Secretarie,
"werd 50 voor subsidie betaald //tot gaandehouding van de
kas der poorteryen", 1788, en 25: rekening 1789.
Yan de ci'ieerders werd 253 12 1 ontvangen als saldo
der rekening wegens het grootje te voor den verkoop van
meubels en //onmeubelen", over 1795 t welk bevorens aan
de collonellen-kas werd verantwoord"'1. Van Leonard lts Mus
en Bonipacius Matthias Pous werd£ 774 10 6 ontvangen
als saldo der genoemde kas van de gewnzen kolonellenJ. W,
Macqüet, J. W. Schorer, H. de Haze Bomme en M. J.
Veth van de Perre, 1795.
Het saldo der rekening van de voormalige burgerwachten
ten bedrage van 151 1 werd uitgekeerd aan den president
van het comité van wapening, 1796. Yan den kolonel C. J.