71 17. C. Herklotz, gedurende vier maanden, volgens de rekening van 1796, alsmede gedurende 1803 tot 1806. 18. B. Matthias Pous, 1 Juni 1796 tot 31 Juli 1797. Het kern toekomende werd uitbetaald aan zijne weduwe A. M. Steengiiacht. 19. L. Mus, 1 Juni 1796 tot 31 December 1802. 20. Johannes Liebert, 1 Mei 1796 tot 31 December 1802. 21. André Dilié, 1 Juni 1796 tot 31 December 1802. 22. L. Bouwman, 1 Juni 1796 tot 6 Januari 1798, //wanneer zijn demissie bekomen beeft"''', en van Augustus 1801 tot 15 April 1802, bij zijn overlijden. Het bem toekomende werd uitbetaald aan zijne weduwe Anna Margaretha ger ritsen. 23. L. C. Sierant Destouche, 1 Mei 1796 tot 24 Maart 1798. 24. Huibregt Piepers, 21 Januari 1798 tot31 December 1802. 25. W. Vogel, 24 Maart 1798 tot 12 Januari 1799. Het bem toekomende werd uitbetaald aan zijne weduwe C. VAN NlTZENBERG. 26. J. Tak, 1 Juli 1801 tot 31 December 1802. 27. Mr. J. H. Schoeeli28 Mr. N. C. Lambrechtsen 29 Mr. G. D. Steengracht, 30 Jan Stavorinus, 31 Mr. J. A. Becius, 32 C. Vos, 33 J. W. van Dusseldorp de Superville, 34 Mr. J. A. Moens, 35 Mr. J. M. van Schoor, 36 A. O. C. Slicher, gedurende de jaren 1803, 1804, 1805 en 1806, Ho. 37van Citters, van 1 Januari tot 25 November 1803 (de betaling bad plaats aan zijne weduwe, geboren Premeaux) No. 38. G. V. Meyners gedurende 1804, 1805 en 1806. In de rekeningen van 1807 tot 1810 worden de namen der leden van den Eaad niet vermeld. Als Burgemeester komt daarin voor Mr. J. H. Schorer, van 1 Pebruari 1808 tot 30 November 1810 als Wethouders worden vermeld, in de

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1902 | | pagina 685