73 20. P. Pous, Maart 1803 tot 31 December 1806. 21. M. Canisius22 Maart 1803 tot 31 December 1806. 22. A. de Wahemalsboven. 23. H. Brouwer, alsboven. 24. W. C. J. Schadden alsboven. 25. J. B. Steenwijk de Baad, 10 Juli tot 31 December 1803. 26. G. "W. H. de Yriese, 1804 tot 31 Maart 1805. 27. P. J. van der Mandere, 1 Mei 1805 tot 31 De cember 1806. Yolgens de rekening van 1796 genoten de gezamenlijke leden van den Baad eene toelage van 1000 in liet jaar, waarvan ljz als presentiegeld; volgens die van 1800 kreeg de Baad 750 en de Becbtbank 600, waarvan insgelijks llz als presentiegeld. Deze laatste regeling werd liet stedelijk appointement genoemd en was overeenkomstig het reglement op het bestuur dezer stad. Het traktement en presentiegeld der schepenen werd uitbe taald tot 30 September 1810. De Burgemeester had eene jaarwedde van 2000,en de Wethouders van f 1000. KIEZEBS. Joos Yerschuyle. 1700. Michiel Yerrunne, Coenraad Coenraads, Petrus Moris, Philips de "Wale, Izaük Tulleken, Abraham de Bruyne, 24 Juli 1704: rekening 1704. Jacob Willemsen. 1706. Adolf de Grein. 1709. Anthonie Duvelaer, Louis Gerlagh. 1709. Joh an Badeüs Jr. 1710. Petrus Evertsen, Johan Coutrel. 1711. Steven Scheyderüyt. 1712. Hermanus Ghristiaanse. 1713.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1902 | | pagina 687